SGP, ChristenUnie en PvdA hadden daarom gevraagd, maar volgens de bewindsman volstaan de huidige inspanningen van justitie. Bovendien zijn er volgens hem onvoldoende aanwijzingen dat Nederlandse wensouders structureel betrokken zijn bij het uitbuiten van draagmoeders in arme landen. De bewindsman zei dat woensdagmiddag in een Kamerdebat.

Justitie zal zeker onderzoek doen wanneer een commerciële website wensouders aanmoedigt bestellingen te plaatsen voor een kind, onderstreepte Van der Steur. „Dan gaat het mogelijk om een combinatie van commercieel draagmoederschap en uitbuiting.” Wensouders die via de mail bij vrienden en bekenden polsen of ze een vrouw kennen die mogelijk draagmoeder wil zijn, worden daarentegen met rust gelaten. Volgens de letter van de wet is het versturen van zo’n mail niet toegestaan, maar er zou reden kunnen zijn van altruïstisch, vrijwillig draagmoederschap en dat is niet verboden, aldus Van der Steur.

Ook een verzoek van de drie partijen om actief te ontmoedigen dat Nederlandse wensouders op zoek gaan naar een draagmoeder in landen zoals India waar structurele waarborgen voor haar rechtspositie ontbreken, gaat Van der Steur te ver. Een draagmoeder kan volgens hem in ieder land worden uitgebuit, ook in welvarende landen die hun rechtssysteem prima op orde hebben. Hooguit is hij bereid Nederlandse wensouders via de overheidswebsite rijksoverheid.nl op het hart te drukken dat ze zich er altijd van moeten vergewissen dat een draagmoeder vrijwillig instemt met het dragen en afstaan van een kind.

Een teleurgestelde Van der Staaij plaatste daar woensdagmiddag tegenover dat het ontmoedigen van ouders om in risicolanden zoals India op zoek te gaan naar een draagmoeder al in 2012 werd aanbevolen door de Nationaal Rapporteur Mensenhandel.