Kinderbijslag tekent solidariteit
Maak de kinderbijslag afhankelijk van het inkomen dat ouders genieten. Een aantal parlementariërs heeft deze suggestie gedaan (RD 25-2). Margreeth Smilde en Gerda Verburg zetten uiteen waarom zij niets zien in dit voorstel. Maar daarmee is hun verhaal niet uit.
Het CDA wil naast de kinderbijslag een moderne solidariteitsregeling voor het opvoeden van kinderen. De kinderbijslag is de basis, de kindertoeslag komt daar bovenop en is inkomensafhankelijk. Hiervoor moet de voor veel mensen ondoordringbare doolhof van meer dan twintig kinderregelingen afgebroken worden en vervangen door één nieuwe en voor iedereen te controleren regeling. Deze regeling moet er in 2006 zijn.
Kinderen zijn een vreugde voor hun ouders en evenzeer van belang voor de samenleving. Ouders zijn verantwoordelijk voor het opvoeden en coachen van hun kinderen, en ook voor de kosten die dat met zich meebrengt. Zij brengen hun kinderen waarden en normen bij die van belang zijn om als mens met twee benen in de samenleving te staan. Ze kiezen de school voor hun kind en regelen hoe de zorgtaken verdeeld worden binnen het gezin. De overheid blijft hierbuiten.
Toch staat de overheid niet helemaal afzijdig. De komst van kinderen is belangrijk voor de samenleving. Opvolgende generaties bouwen onze maatschappij en houden deze in stand. Daarom is het billijk dat de overheid een tegemoetkoming biedt in de kosten die kinderen met zich meebrengen. Dat geeft uitdrukking aan de solidariteit tussen de generaties en wordt aan de ouders overhandigd in de vorm van kinderbijslag. Vanwege het aspect van de solidariteit krijgen alle ouders deze aanvulling, ongeacht hun inkomen. De kinderbijslag dekt nog niet de helft van de kosten voor kinderen. Met de kinderbijslag wordt de solidariteit tussen mensen met en zonder kinderen in onze samenleving tot uitdrukking gebracht.
Een modern gezin staat midden in de samenleving. Ouders willen hun kinderen een goede opleiding bieden, ongeacht hoeveel dat kost. De afgelopen decennia zijn er steeds meer mogelijkheden gekomen om kinderen te laten studeren, ook kinderen uit minder draagkrachtige gezinnen. Dat is hier en daar doorgeschoten. Voor elk financieel probleem dat opdook, verscheen steeds weer een regeling.
Zo is naast de kinderbijslag een oerwoud aan regelingen ontstaan die te maken hebben met het grootbrengen van kinderen, zoals fiscale aftrek voor kinderopvang, studiefinanciering en tegemoetkoming in de studiekosten voor schoolgaande tieners. Veel ouders zijn hierdoor het overzicht kwijtgeraakt. Tegelijkertijd is een zekere willekeur ontstaan in de aanspraken die mensen kunnen maken. Het is lang niet altijd zo dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. Integendeel, het gebeurt dat een gezin met een modaal inkomen en drie opgroeiende kinderen minder te besteden heeft dan een gezin net onder het modale inkomen. In het eerste geval is er geen recht op bepaalde tegemoetkomingen in de kosten, in het tweede wel.
Het CDA vindt dit niet rechtvaardig en wil deze verschillen opheffen. Het stelt voor alle regelingen buiten de kinderbijslag die tegemoetkomen in de kosten voor kinderen, te bundelen in en te vervangen door één kindertoeslag. Tel alle kosten voor kinderen bij elkaar op: voor studie, kleding, wonen et cetera, en kijk hoe groot het beslag op het huishoudinkomen is. Wanneer dit een bepaald percentage overschrijdt, hebben de ouders voor deze overschrijding recht op een toeslag. Als de kosten voor kinderen boven de 10 procent van het besteedbaar huishoudinkomen uitstijgen, wordt de toeslag mogelijk en maandelijks uitgekeerd.
De 10 procent geldt voor elk gezin, waarmee het principe van de sterkste schouders en de zwaarste lasten volledig tot zijn recht komt. Dit ongeacht het kindertal. Zo worden gezinnen met kinderen, die nu hun koopkracht een aantal jaren sterk zien ingeperkt vanwege hoge uitgaven voor kinderen, in staat gesteld om ook maatschappelijk behoorlijk mee te doen. Voor ouders betekent dit een zekerheid dat de kosten voor hun kinderen goed op te brengen zijn: wanneer die de 10 procent overschrijden, springt de overheid bij. Overigens gaat dit natuurlijk om genormeerde kosten: kosten voor paardrijlessen, survivals in de Ardennen en dergelijke vallen hierbuiten.
Het CDA vindt dit voorstel onontbeerlijk voor een eigentijds familie- en gezinsbeleid, waarbij mensen hun eigen verantwoordelijkheid nemen en keuzes kunnen maken over de wijze waarop betaalde arbeid en de zorg voor kinderen, al dan niet met inschakeling van kinderopvang, op verantwoorde wijze kunnen worden gecombineerd.
Naast de kinderbijslag, die voor alle gezinnen gelijk is, is de inkomensafhankelijke financiële tegemoetkoming een moderne en eenvoudige manier om als samenleving uit te drukken dat het krijgen en opvoeden van kinderen van groot belang is voor onze samenleving als geheel.
De auteurs zijn lid van de Tweede-Kamerfractie van het CDA.