Docent moet meer invloed krijgen op lesstof
AMSTERDAM. Leraren moeten meer invloed krijgen op wat ze hun leerlingen onderwijzen. Dat schrijven twintig leraren uit het basis-, voortgezet en speciaal onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs in een manifest.
Het manifest ”In het curriculum toont zich de meester!” verscheen vandaag. De docenten vinden dat een nieuw op te richten Nationale Lerarenraad het lesprogramma moet gaan bepalen, meldde Trouw vanmorgen.
Volgens de opstellers van het manifest, de groep Leraar 2032, klagen veel leerlingen over een gebrek aan samenhang en komt dat met name door het grote aantal kerndoelen waar scholen aan moeten voldoen. Dat is slecht voor de kwaliteit en voor het werkplezier van docenten, aldus de groep. „Als docenten samen nadenken over wat kinderen moeten leren, zullen schoolvakken beter op elkaar aansluiten”, stelt mede-initiatiefnemer –en leraar van het jaar– Jasper Rijpma.
Een commissie onder leiding van socioloog P. Schnabel buigt zich over de vraag hoe het Nederlandse onderwijs toekomstbestendig moet worden gemaakt. De commissie gebruikt daarbij de ideeën die in de ”nationale brainstorm” werden geopperd, nadat staatssecretaris Dekker heel Nederland vroeg mee te denken over wat kleuters van nu in 2032 moeten weten en kunnen.
De stem van de docent wordt onvoldoende gehoord, stelt het manifest. De leraren willen voorkomen dat het debat gekaapt wordt door onderwijsadviesbureaus en andere bedrijfjes die er graag aan willen verdienen. „Het gevaar is dat zo’n debat al snel uitdraait op een boodschappenlijstje voor het onderwijs.”