Ruim honderd sjiieten gedood bij aanslagen
Ruim honderd sjiitische moslims zijn vanochtend in Irak om het leven gekomen door een reeks gelijktijdige aanslagen. Bomexplosies in de voor moslims heilige stad Karbala doodden vijftig sjiieten. In de hoofdstad Bagdad vielen zeker 75 doden door drie aanslagen met raketten bij een moskee.
In Bagdad was het sjiitische deel van de stad doelwit van de aanslagen, waardoor 75 mensen om het leven kwamen en meer dan honderd mensen gewond raakten. Volgens een veiligheidsbeambte zijn drie raketten afgevuurd op een feestvierende menigte. Eén raket belandde in het sjiitische mausoleum van imam Mussa al-Kazem, de andere twee kwamen vlakbij terecht.
In Karbala deden zes gelijktijdige aanslagen hun dodelijke werk. Volgens getuigen waren de bommen verborgen in tassen of dozen. In de stad zouden in totaal meer dan 2 miljoen Irakezen, Iraniërs en andere gelovigen zijn voor de viering van Ashura. Daarbij herdachten ze de marteldood van iman Hussein, de kleinzoon van de profeet Mohammed, tijdens een veldslag in Karbala in de zevende eeuw. Het was de eerste keer in dertig jaar dat de sjiieten Ashura konden vieren, want onder het regime van Saddam Hussein was dat verboden.
De lichamen van de slachtoffers in de stad in het midden van Irak liggen volgens getuigen opgestapeld voor een ziekenhuis in de stad. Volgens de nieuwszender CNN ontploften tegelijk met de bommen vier mortiergranaten in buitenwijken van Karbala. Het is niet duidelijk of ook daardoor doden zijn gevallen.
De aanslagen moeten mogelijk de strijd tussen soennitische en sjiitische moslims aanwakkeren. De sjiieten vormen 60 procent van de Iraakse bevolking, maar werden tijdens het bewind van Saddam Hussein onderdrukt.