Tunesië kondigt noodtoestand af
TUNIS (ANP/DPA). President Beji Caïd Essebsi van Tunesië heeft zaterdag voor een periode van dertig dagen de noodtoestand uitgeroepen. In een toespraak waarschuwde hij dat het land in groot gevaar verkeert. De noodtoestand geeft de regering meer bevoegdheden om naar eigen inzicht de openbare orde te handhaven, bijvoorbeeld door samenscholingen te verbieden. De noodtoestand geeft leger en politie ook de mogelijkheid sneller naar de wapens te grijpen ten aanzien van verdachten.
Ruim een week geleden vermoordde een terrorist in de badplaats Sousse 38 toeristen. De veiligheidsdiensten kregen na de aanslag veel kritiek, omdat de schutter gedurende een half uur vrijwel ongehinderd slachtoffers kon maken. De aanslag is een enorme klap voor de economie van het arme Noord-Afrikaanse land waar werkloosheid een chronisch probleem is.
De werkloosheid onder relatief goed opgeleide jongeren was een van de redenen dat hier in december 2010 een opstand tegen de autoritaire president Zine al-Abidine Ben Ali losbarstte. Het was toen de laatste keer dat in het land de noodtoestand werd afgekondigd. Ben Ali verliet 14 januari 2011 het land. De noodtoestand van destijds werd officieel pas in maart 2014 opgeheven.
Volgens de nieuwe democratische wetgeving kunnen de parlementsvoorzitter of dertig parlementariërs de noodzaak van een uitzonderingstoestand na dertig dagen aanvechten bij het grondwettelijke hof. Tunesië is echter nog bezig democratische instellingen op te bouwen en het hof is nog niet van de grond gekomen.
