M. was niet bij de uitspraak aanwezig. Hij had zijn daden al bekend.

Volgens de rechters is hij sterk verminderd toerekeningsvatbaar en niet geschikt om een gevangenisstraf te ondergaan door de dementie waaraan hij lijdt. „M. had nauwelijks het besef wat hij deed”, concludeert de rechtbank.

Toch is hij wel degelijk schuldig aan ernstige zaken zoals de afpersing van John de Mol en het meermalen met de dood bedreigen van Linda de Mol. „Hij deed dat dertien maanden lang”, benadrukte de rechtbank. „Hij hield voortdurende druk op John en Linda de Mol. Linda de Mol heeft extra kosten (50.000 euro, red.) gemaakt voor de beveiliging, onder meer van haar kinderen.”

De afperser uit Zeist kon na een lange zoektocht door de politie uiteindelijk op 3 december vorig jaar worden opgepakt. M. moet de 50.000 euro aan Linda de Mol vergoeden. „Daar heeft mijn cliënt geen problemen mee”, reageert zijn advocaat Paul Emmelot.

De geraadpleegde deskundigen hadden ook geconcludeerd dat M. slechts beperkt toerekeningsvatbaar is. Hij lijdt aan een vorm van dementie waardoor zijn empathisch vermogen ernstig is aangetast en die tot obsessief en dwangmatig gedrag leidt.

De ziekte van M. was een belangrijke reden om zijn voorarrest eerder al op te heffen en nu ook om hem niet naar de gevangenis te sturen. Opsluiting zou volgens de experts zijn gezondheidssituatie onomkeerbaar verder doen verslechteren.

Op 3 maart betuigde de man spijt voor de rechtbank in Utrecht. Hij vond het „heel verschrikkelijk” wat hij heeft gedaan. „Het spijt me verschrikkelijk voor de familie De Mol en mijn eigen familie”, zei hij toen tegen de rechters. „Ik weet niet hoe ik dit goed moet maken. Het is allemaal heel erg. Ik wil dat ik het terug kon draaien, maar dat kan ik niet.”