De Duitse Bondsdag buigt zich momenteel over versoepeling van de regels voor hulp bij suïcide.

„We moeten verhinderen dat hulp bij zelfdoding in ons land tot de alledaagse vanzelfsprekendheden gaat behoren”, zo stellen de rooms-katholieke kardinaal Reinhard Marx en de voorzitter van de EKD-raad, dr. Heinrich Bedford-Strohm. Beiden benadrukken de noodzaak van betere palliatieve zorg en de uitbreiding van het aantal hospices.

Wat de kerken betreft moet er een algemeen verbod komen op hulp bij zelfdoding, zowel voor artsen, belangenorganisaties als individuele personen.

„De samenleving, en in het bijzonder de politici van ons land, hebben de roeping om ieder leven in al zijn gebrek en gekwetstheid, te beschermen en om de kaders te scheppen voor een passende, menselijke en medische verzorging rond het levenseinde”, aldus het duo in een verklaring.

Actieve euthanasie, het toedienen van een dodelijk middel, is op dit moment verboden in Duitsland. Passieve euthanasie, zoals het stoppen van een behandeling, is soms toegestaan. Artsen mogen begeleiding bieden, mits de patiënt het medicijn zelf inneemt. Medici begeven zich daarbij echter op het grensvlak van wat wettelijk is toegestaan. In Duitsland woedt daarom al een aantal jaren een maatschappelijke discussie over verruiming van de regels voor hulp bij zelfdoding. Het Duitse parlement sprak dit voorjaar over het thema. Tot een aanpassing van de wet is het nog niet gekomen, wel besloot de Bondsdag om de palliatieve zorg in Duitsland op een hoger peil te brengen.

Vorig jaar baarde de toenmalig voorzitter van de EKD-raad, ds. Nikolaus Schneider, opzien toen hij stelde bereid te zijn om zijn ernstig zieke vrouw te helpen een eind aan het leven te maken. Ds. Schneider trad in november 2014 af als EKD-raadsvoorzitter, om voor zijn vrouw te kunnen zorgen.