Grieken kunnen niet zomaar uit eurozone
BRUSSEL (ANP). Na de mislukte onderhandelingen over verdere noodsteun aan Griekenland lijkt er sprake van een breuk in de eurozone. De Griekse minister Varoufakis heeft zaterdag het overleg met zijn ambtsgenoten verlaten, waarna de resterende achttien ministers probeerden vast te stellen hoe de gevolgen van een mogelijk Grieks bankroet kunnen worden beperkt.
Daarmee lijkt op het eerste gezicht ook een definitief vertrek van de Grieken uit de eurozone dichterbij te komen. Hoe dit scenario zou moeten verlopen is echter volledig onduidelijk. Griekenland kan niet zomaar de eurozone of de Europese Unie verlaten.
Zelfs bij een bankroet kan het land niet de eurozone worden uitgezet. De regering in Athene zal met de andere EU-lidstaten moeten onderhandelen over een vertrek uit de EU. De andere landen kunnen de Grieken ook niet dwingen weg te gaan, de Grieken moeten het zelf willen. Er is niets geregeld over een vertrek uit de euro, er staat niets op papier.
De eurozone van inmiddels negentien EU-lidstaten komt voort uit de Europese Monetaire Unie (EMU) met de euro als gezamenlijke munt. Deze EMU is vastgelegd in het zogenoemde Verdrag betreffende de Europese Unie (Europees Verdrag).
Aan het Europees Verdrag is een verdrag gekoppeld over de werking van de EU. In dit tweede verdrag is in een reeks gedetailleerde artikelen het monetair beleid vastgelegd. Verder zijn er specifieke bepalingen voor de lidstaten met de euro en overgangsbepalingen voor landen die de euro nog niet hebben ingevoerd. Maar over een uittreden uit de eurozone wordt niet gesproken.
Als het om het vertrek uit de Europese Unie gaat, is inmiddels wèl wat geregeld. Artikel 50 van het Europees Verdrag werd eind 2009 geldig. Voor die tijd stond niets zwart-op-wit.
Met artikel 50 is het voor landen mogelijk geworden zich uit de unie terug te trekken, maar de lidstaat zal dat voornemen aan de overige lidstaten moeten meedelen. Na onderhandelingen wordt dan een akkoord gesloten over de voorwaarden van een zogenoemde exit. Daarbij wordt rekening gehouden met de toekomstige relatie van het vertrekkende land met de unie.
Artikel 50 beschrijft ook de verdere procedure. De lidstaten besluiten met gekwalificeerde meerderheid van stemmen over het akkoord, na goedkeuring door het Europees Parlement. Pas dan is de zaak beklonken.
Juristen moeten zich over de vraag buigen of Griekenland wèl uit de eurozone kan stappen (‘Grexit’), zonder de EU te verlaten. Een mogelijke oplossing kan zijn dat de Grieken bij een dreigend bankroet tijdelijk uit de eurozone gaan, maar de euro nog wel hanteren als wettig betaalmiddel. Dat doen meer landen buiten de eurozone. Griekenland kan dan orde op zaken stellen en uiteindelijk weer toetreden tot de eurozone.