Binnenland

Kleur babykamer belangrijker dan bezinning op twintigwekenecho

Orthodoxe christenen denken nauwelijks na over de twintig­wekenecho. Voorstanders niet, tegenstanders niet. „We zijn in het algemeen drukker met de kleur van de babykamer dan met een diepgaande doordenking van vragen rond de zwangerschap.”

18 June 2015 17:15Gewijzigd op 15 November 2020 19:48
Een 20wekenecho. beeld Fotolia
Een 20wekenecho. beeld Fotolia

Zwangere vrouwen met een protestants-christelijke achtergrond zijn bovengemiddeld terughoudend met het screenen van het ongeboren leven op afwijkingen, zo blijkt uit een onderzoek van de VU onder 5000 zwangere vrouwen.

Van de aanstaande moeders uit protestants-christelijke kring maakt 76 procent gebruik van de twintigwekenecho, tegenover 90 gemiddeld in Nederland. Rosanne van Dam (34), christenarts en verloskundige van Creation Verloskundigen Veenendaal –dertien jaar in het vak– reageert.

Verrast?

„Nee, helemaal niet. Ik herken die cijfers uit de praktijk. De 76 procent vind ik nog optimistisch. Ik denk dat het percentage in onze praktijk op 60, 65 procent ligt.”

Hoeveel baby’s ‘verlost’ u per jaar?

„Ik schat zo’n vijftig per jaar. Onze praktijk is jaarlijks bij zo’n 150 tot 200 bevallingen betrokken. Nee, het verveelt geen seconde. Ik verwonder me elke keer weer over het nieuwe leven.”

Wat houdt zo’n twintigwekenecho precies in?

„Bij deze echo, in 2007 opgenomen in het basispakket, wordt aan de hand van een checklist gekeken naar grote en kleine lichamelijke afwijkingen van een ongeboren kind. Het syndroom van Down als syndroom op zich is niet te zien bij zo’n screening, hartafwijkingen, open ruggetjes of een zesde vingertje wel.

De echoscopist rapporteert zogenaamde softmarkers, bijvoorbeeld een plekje in de hersenen of op het hart. Een losse softmarker zegt niets, maar een combinatie met andere factoren kan duiden op een afwijking. Daar kan een arts verder onderzoek naar doen.

Een twintigwekenecho levert echter schijnzekerheid. „We zien niets, dus is er niets.” Maar zo werkt het niet, want er kan wel degelijk iets aan de hand zijn. Welke afwijking er ook wordt vastgesteld, de echte impact is vaak pas duidelijk na de geboorte of zelfs jaren daarna. Bovendien zijn mensen met een syndroom net zo verschillend als jij en ik.”

Waarom een echo bij twintig weken en niet bij pakweg dertig?

„De twintigwekenecho is oorspronkelijk een screeningsinstrument om een open ruggetje vast te stellen. Een kind met deze afwijking mag niet vaginaal geboren worden, omdat er dan ernstige beschadigingen optreden.

Bij twintig weken zijn de ribben nog niet zo dik, waardoor de echoscopist tussen de ribben door ook het hart kan bekijken. Na twintig weken neemt de betrouwbaarheid van de echo af.

Aan de andere kant wordt de twintig weken ook gehanteerd om een zwangerschap eventueel nog af te kunnen breken vóór de wettelijke grens van 24 weken.”

Is een twintigwekenecho verplicht?

„Nee. De keus is aan de ouders. De minister heeft de echo niet verplicht gesteld omdat ernstige afwijkingen slechts weinig voorkomen. Het is goed dat ouders zich dat realiseren.

Uiteraard komen er afwijkingen voor. Een halfjaar geleden hebben we twee ongeboren kindjes met een open ruggetje gehad in anderhalve week tijd. De ene zwangerschap is afgebroken, de andere baby is in Leuven in de baarmoeder geopereerd en met een keizersnee geboren. Maar daarvoor hebben we vijf jaar lang geen enkel open ruggetje gezien.”

Werkt een twintigwekenecho drempelverlagend richting een abortus?

„Absoluut. Bij een vastgestelde afwijking van hart, nieren of bij een open ruggetje bieden gynaecologen in het eerste gesprek onmiddellijk de mogelijkheid van een zwangerschapsafbreking aan. Ik hoor vrijwel nooit dat het niet ter sprake komt.”

Oefenen medici drang uit richting zwangerschapsafbreking?

„Mensen ervaren dat wel zo. CU en NPV hebben dat in 2010 en 2015 via onderzoek vastgesteld. Aantoonbaar. Regionaal lijkt het verschillend te liggen. In Veenendaal komt drang nauwelijks voor, in het westen wel. In Rotterdam word je verbaasd aangekeken als je niet zo’n echo wilt.

Er zijn echter ook gynaecologen, voorstanders van abortus, die respectvol in gesprek gaan.”

Mag een arts drang uitoefenen?

„Nee. Een zorgverlener moet in een zogenaamd counselingsgesprek objectieve informatie geven, zodat mensen zelf kunnen beslissen. Dat is ook goed, omdat zij verder moeten met hun besluit. Zij hebben later niets aan mijn keus.

Objectiviteit is overigens niet mogelijk. Net na een heftige bevalling met een afwijking ben ik de volgende keer ook geneigd te zeggen: Maak maar een echo, misschien kunnen we daarmee veel leed voorkomen. Ik weet van mezelf dat ik niet objectief ben.”

Neemt het aantal echo’s toe?

„Ja, vijf jaar geleden was het bij ons fifty-fifty. Nu laat twee derde tot driekwart een echo maken. De 76 procent uit het VU-onderzoek die een echo laat maken, stijgt naar de 85-90 procent, schat ik.”

Spelen er principiële keuzes?

„De vraag of je een zwangerschap afbreekt, is een principiële keus. De vraag of je een twintigwekenecho laat maken, vind ik geen principiële keus. Tegenstanders wijzen deze screening soms af, omdat het met abortus te maken heeft. Dat is dus niet per se zo.

Daarom is het voor mij meer een karakterkwestie. Of je zo’n echo laat maken, hangt af van het paar, levenservaring en persoonlijke omstandigheden. Worden ouders zó zenuwachtig als ze na een echo weten dat er sprake is van een afwijking, waardoor de vreugde over de zwangerschap volledig verdwijnt, dan moet je je afvragen of het maken van zo’n echo wel verstandig is.

Aan de andere kant is het goed dat artsen en ouders het weten als er levensgevaar voor het kindje bestaat. Daarmee kunnen ze zorgen dat de allerbeste medische zorg voor hun kindje klaar staat.

Verder kunnen ouders zich met de uitslag voorbereiden op het krijgen van een gehandicapt kindje.”

Bezint de gereformeerde gezindte zich op de twintigwekenecho?

„Nee, een diepere bezinning vindt nauwelijks plaats. Slechts een select groepje denkt erover na. We maken ons drukker over de kleur van de babykamer dan over diepe vragen rond de zwangerschap.

Jammer, een gemiste kans. Het zou wenselijk zijn als we dieper zouden nadenken. Ik vind een ”ja” of ”nee” van ouders over een twintigwekenecho daarom nooit voldoende. Ik vraag altijd door: Waarom ja of waarom nee? Vaak volgt dan een uitgebreid gesprek over de verwachtingen daarvan.”

Welke diepere bezinning is nodig?

„De twintigwekenecho past helemaal bij de tijdgeest met z’n drang naar maakbaarheid, met de wens alles in z’n greep te willen hebben. Past dat bij de grondhouding van een christen? Sluit dat aan bij de kinderzegen? Dat zijn goede vragen. In die zin spelen er wel degelijk principiële aspecten.

Behoudende christenen komen nauwelijks aan die vragen toe. Het enige wat ook voor hen telt: Is mijn kind gezond? En dat begrijp ik ook. Als je zus net een kind heeft gekregen met een open ruggetje kijk je heel anders tegen zo’n echo aan. Dan vind je het roekeloos het niet te doen.”

Kan zo’n echo voor christenen ook drempelverlagend voor abortus zijn?

„Ik verwacht het niet. Ik durf er echter niet mijn hand voor in het vuur te steken. Ook reformatorische christenen worden beheerst door de tijdgeest.”


Reacties op Facebook

„Wij kregen een slechte boodschap tijdens de echo. Maar ik ben heel blij dat we vooraf wisten dat we afscheid zouden moeten nemen van ons zoontje. Het verwerkingsproces begon toen al. We hebben met veel zorg en liefde dingen voor kunnen bereiden. Bij de geboorte hoefden we niet meer allerlei keuzes te maken. Ik zou altijd weer zo’n echo laten maken.”

„Geen probleem met zo’n echo. We willen echter veel van tevoren weten. Is dat goed? Bij mijn jongste zou er iets niet goed zijn. We kregen de keuze om te aborteren! Vol verdriet gingen wij naar huis. Onzeker, maar we vertrouwden op God, ook al zou ons kindje niet gezond zijn. Onze zoon werd geboren, helemaal gezond! Het kan dus ook anders. God alle eer!”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer