De AEX sloot 0,3 procent hoger op 472,97 punten en ook de MidKap steeg 0,3 procent, tot 708,28 punten. De toonaangevende indices in Londen en Parijs gingen respectievelijk 0,5 en 0,3 procent vooruit, terwijl de DAX in Frankfurt 1,1 procent won. De Duitse graadmeter daalde in de afgelopen weken meer dan 10 procent ten opzichte van de recordstand die in april werd bereikt.

OCI (plus 3,8 procent) was in de ochtendhandel de sterkste daler, maar het Egyptische kunstmestbedrijf werkte zich in de loop van de middag op tot aanvoerder van de AEX. De sterkste daler bij de Amsterdamse hoofdfondsen was staalconcern ArcelorMittal met een verlies van 2 procent.

De eurogroep, het collectief van de ministers van Financiën van de eurolanden, begon even na 15.00 uur aan een vergadering over Griekenland. Voorzitter Jeroen Dijsselbloem liet vooraf weten dat het overleg geen resultaat zal opleveren. Het IMF, een andere belangrijke geldschieter van Griekenland, gaf eerder al aan dat Athene niet hoeft te rekenen op een verlegging van de deadline of een uitstelperiode. Griekenland moet uiterlijk 30 juni 1,6 miljard euro aan het IMF hebben overgemaakt.

In de VS stegen de beursgraadmeters voor de derde dag op rij. Vooral de toezegging van de Federal Reserve dat het inperken van het huidige ruime beleid in kleine stapjes zal gaan, viel goed bij beleggers. Gunstige macrocijfers gaven ook steun aan de handel.

De sterkste stijger in de AEX was het Egyptische kunstmestbedrijf OCI met een winst van 4,4 procent. In de ochtendhandel was het bedrijf juist nog de sterkste daler. Tegen het einde van de handelsdag had staalconcern ArcelorMittal (min 1,9 procent) de rode lantaarn overgenomen.

De euro was 1,1402 dollar waard, tegen 1,1249 dollar bij sluiting van de Europese beurzen op woensdag. Een vat Amerikaanse olie werd 0,4 procent duurder op 60,14 dollar. Brentolie kostte 0,3 procent meer en werd verhandeld op 64,05 dollar per vat.