Het IMF verwacht dat het tekort volgend jaar zakt naar 0,5 procent van het bruto binnenlands product (bbp), tegen 1,4 procent in 2015. Voor 2017 en de twee jaar daarna wordt een gat op de begroting van 0,3 procent voorspeld.

Daarmee verwacht het fonds een kleiner tekort dan het Centraal Planbureau (CPB). Dat raamt het verschil tussen de uitgaven en de inkomsten van de overheid op 1,2 procent van het bbp in 2016 en 1,8 procent dit jaar. Voor 2017 en verder heeft het CPB nog geen prognoses.

De Nederlandse staatsschuld piekte volgens de modellen van het IMF in 2013 op 68,6 procent van het bbp. Via een daling naar 67,5 procent dit jaar en 65,6 procent in 2016, zou de schuld in 2020 overeenkomen met iets minder dan 60 procent van de omvang van de economie.

Volgens de Europese regels moeten landen hun tekort beperken tot maximaal 3 procent en moet de staatsschuld kleiner zijn dan 60 procent van het bbp. Nederland voldeed in 2010 voor het laatst aan de eis voor de schuld.

Het IMF adviseert landen met voldoende ruimte op de begroting om het financiële beleid zoveel mogelijk te richten op het stimuleren van de economie. Gezien de lage rente die veel landen nu over leningen betalen, ziet het fonds daarbij veel brood in investeringen in infrastructuur.