Binnenland

Opvang uitgeprocedeerde asielzoekers: eten, slapen en de straat weer op

AMSTERDAM. Bed, bad en brood. Dat biedt Amsterdam uitgeprocedeerde asielzoekers. Ook bewoners van de Vluchtgarage, die maandag wordt ontruimd, kunnen in de speciale nachtopvang terecht.

10 April 2015 21:45Gewijzigd op 15 November 2020 18:05
Nachtopvang voor uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam. beeld Eran Oppenheimer
Nachtopvang voor uitgeprocedeerde asielzoekers in Amsterdam. beeld Eran Oppenheimer

Donderdagavond, zeven uur. In de ontmoetingsruimte van de nachtopvang in Amsterdam-Osdorp hangt de geur van nasi. Enkele Afrikanen nuttigen hun avondeten. Anderen drinken koffie of thee. Twee mannen spelen een potje schaak.

Op de wanden zijn fleurige taferelen geschilderd. Strandhuisjes, vliegers en een parasol. Die herinneren aan de tijd dat het pand in gebruik was voor kinderopvang. In december ging hier een sobere nachtopvang voor uitgeprocedeerde asielzoekers van start. Daarmee biedt de gemeente deze groep ”bed, bad en brood”.

Om vijf uur ’s middags gaan de deuren open. Bezoekers krijgen een warme maaltijd en een bed, en kunnen douchen. De volgende ochtend om negen uur, na het ontbijt, moeten ze vertrekken.

Shokroellah Roghbar (60), een Afghaan met een rode muts op zijn hoofd, vertelt dat hij vijftien jaar in Nederland is. Pogingen om hem uit te zetten, zijn mislukt. Vanochtend heeft hij een gesprek gehad bij VluchtelingenWerk. Ook is er nog een advocaat met zijn zaak bezig. De uitkomst is onzeker. „Het is een drama.”

De opvang ging in december aarzelend van start, met zo’n zeven bezoekers, vertelt Saskia Claassen. Ze is maatschappelijk werker en psychiatrisch verpleegkundige bij HVO Querido, een organisatie die onder meer dak- en thuislozen ondersteuning biedt. Inmiddels zijn er 62 gasten, die door de GGD zijn gescreend. „De meesten hebben medische problemen.”

Claassen zit met een beveiliger en een brandwacht aan tafel in de ontmoetingsruimte. Ze vertelt dat rekening wordt gehouden met een toestroom van bewoners van de Vluchtgarage, die maandag wordt ontruimd. In totaal zijn er 135 opvangplekken, op 2 locaties. „Maar of de mensen komen, moeten we afwachten.”

Aan een van de tafels zit Sajjad Gill, een 35-jarige Pakistaanse christen. Hij vertelt dat hij zijn land is ontvlucht na bedreigingen door moslims. Nadat hij uitgeprocedeerd raakte, heeft hij enige tijd bij mensen van een kerk uit Amstelveen, een CAMA-gemeente, gebivakkeerd. Sinds januari slaapt hij in de nachtopvang.

Overdag loopt Gill op straat of zit hij in een bibliotheek. Op zondag bezoekt hij de diensten van zijn kerk, waar hij regelmatig koster is. Hij hoopt alsnog een verblijfsvergunning te krijgen. „Ik vertrouw op God. Door deze tijd van beproeving is mijn geloof sterker geworden.”


Niemand uit Vluchtgarage wil naar de nachtopvang

AMSTERDAM. De nachtopvang als alternatief voor de Vluchtgarage? Bewoners van het gekraakte pand in Amsterdam-Zuidoost schudden eensgezind hun hoofd.

Maandag wordt de Vluchtgarage ontruimd, zo maakte burgemeester Van der Laan donderdagmiddag bekend. De 120 uitgeprocedeerde asielzoekers en illegalen die daar bivakkeren, kunnen in een speciale nachtopvang ”bed, bad en brood” krijgen.

In een van de slaapzalen in de Vluchtgarage zitten donderdagavond drie Afrikaanse mannen aan tafel. De één ligt met zijn hoofd op zijn armen te slapen. De andere twee vertellen niet van plan te zijn maandag naar de nachtopvang te verkassen. „Want als we ’s ochtends wakker worden, waar moeten we dan heen? We willen weer een pand zoals dit”, zegt Razak.

Volgens Daniël, die bijna vijftien jaar in Nederland is en optreedt als officiële woordvoerder van de groep West-Afrikanen, leeft die gedachte breed. Hij heeft zojuist met een stoffer de vloer rond zijn bed geveegd en ploft neer in een stoel bij een open raam. „Niemand wil naar de nachtopvang. Iedereen wil een plek waar we ook overdag kunnen zijn. En we willen als groep bij elkaar blijven.”

Maar wat is, als de Vluchtgarage wordt ontruimd, het alternatief voor de nachtopvang? De Ghanees haalt zijn schouders op. „Maandag staan we op straat. Daarna zien we wel verder. Misschien vinden we nog een andere plek.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer