Opinie

Kerk heeft potentie bij psychische hulpverlening

Nederland heeft een uitstekende reguliere hulpverlening, maar de kerk biedt een onmisbare aanvulling, reageert Henk van Blitterswijk.

Henk van Blitterswijk
3 April 2015 12:39Gewijzigd op 15 November 2020 17:55
beeld Istock
beeld Istock

Bevrijdingspastoraat biedt een waardevolle aanvulling op de psychiatrie, luidde de stelling boven een interview in het katern ”Hart & ziel” (RD 27-3). Absoluut, vond theoloog prof. dr. Mart-Jan Paul. Integendeel, oordeelde psychiater en filosoof prof. dr. Gerrit Glas. Aan de ene kant iemand die de mooie vruchten, aan de andere kant iemand die de wrange vruchten van bevrijdingspastoraat heeft gezien.

Het lijkt erop dat de opvattingen van de psychiater en de theoloog lijnrecht tegenover elkaar staan. De theoloog schetst een weg, waarbij de psychiater vooral wijst op de gevaren van die weg. Die gevaren zijn er zeker, hoewel je ze niet moet overdrijven.

De werkgroep Genezing en Bevrijding van het Evangelisch Werkverband legt en onderhoudt contacten met zo’n twintig groepen in PKN-gemeenten die met bevrijdingspastoraat bezig zijn. Ons is juist opgevallen dat er zorgvuldig, consciëntieus en met verstand van zaken wordt gehandeld. Iets waar prof. Paul ook aan heeft bijgedragen.

Natuurlijk kan de hulpverlening worden verbeterd, en dienen we de risico’s op een verkeerde aanpak nog verder te verkleinen. Daarbij zijn twee soorten maatregelen mogelijk. De eerste is verbreding van de pastorale taak. Als tweede is dat een verbetering van de primaire beoordeling of bevrijdingspastoraat wel de juiste behandeling is.

Om dit uit te leggen schets ik een voorbeeld van iemand die hulp nodig heeft. Een kind groeit op in een gezin waarin hem maar al te vaak naar zijn hoofd wordt geslingerd: „Je bent niets”, „Je kunt niets” en: „Was je maar nooit geboren.” Zo’n kind zal daardoor onzeker zijn over zichzelf. Daardoor is zo’n kind ook kwetsbaar in de geestelijke wereld. Stel: zo’n kind gaat ook nog, vanwege de innerlijke pijn, op zoek naar geestelijke ervaringen. Een combinatie van deze factoren leidt tot veel narigheid voor mensen op latere leeftijd.

Onderscheid

Bevrijdingspastoraat doet een beroep op de natuurlijke stevigheid van de mens. Als die er niet is, zakt men nog verder door de bodem van het bestaan. In zo’n situatie moeten we dus niet met bevrijdingspastoraat beginnen, maar met innerlijke genezing. Pas in een latere fase kan bevrijding aan de orde komen – als dat dan nog nodig is. Mocht de hulpverlener de benodigde aanpak niet in huis hebben, dan is het beter dat hij of zij de hulpverlening overdraagt aan bekwame collega.

Om de juiste aanpak te bepalen, is de gave van onderscheid van groot belang. Het risico dat we niet ontdekken waar de problemen van de hulpvrager aan zijn gekoppeld, met als gevolg dat de hulpvrager in de problemen blijft zitten, is vele malen groter dan het risico dat zo iemand wordt beschadigd. Dat motiveert ons om bij de beoordeling verder te zoeken.

De psychiatrie heeft een duidelijke plek in onze samenleving. Ook al kunnen de bijwerkingen van de medicijnen heftig zijn, ze kunnen wel het gevoelsleven positief beïnvloeden waardoor iemand kan overleven of waardoor de situatie niet nog erger wordt.

Samenwerking

De hulp van de psychiatrie is mooi en belangrijk, maar ook beperkt. De mensen in mijn omgeving die zijn genezen van hun psychiatrische aandoening, zijn allemaal genezen door gebed en gesprek – 
niet door de behandeling van een psychiater. Daarbij geldt wel de aantekening van sommigen: „Als ik in die moeilijke tijd van de psychiater geen medicijnen had gekregen, had ik het niet overleefd.”

Kunnen de pastoraal werker en de psychiater samenwerken? Zeker. Als leider bij Healing Rooms Gouda kom ik in contact met mensen met psychiatrische problemen. Vrijwel ieder van hen is onder behandeling van een psychiater of is al uitbehandeld. Ik vraag deze mensen dan naar de diagnose van de psychiater. De diagnose zegt namelijk veel over de geestelijke problemen van zo’n persoon. In die lijn is dan ook mijn aanpak. Als het beter gaat met de hulpvrager, verlaagt de psychiater de dosis van de medicijnen. De samenwerking gaat via de betreffende hulpaanvrager. Zo hoort het ook, lijkt mij. Maar misschien kunnen we nog meer samenwerken.

Bij het Evangelisch Werkverband zijn we bezig ons te bekwamen op het gebied van genezing en bevrijding. We doen dat samen met een groot aantal mensen, voornamelijk uit de PKN. Ook andere organisaties zijn ermee bezig. En hoewel de schaalgrootte nog beperkt is, is er zo langzamerhand in de kerk weer een vorm van pastoraat mogelijk zoals die ook in de eerste eeuwen gestalte kreeg. Pastoraat in de kracht van de Heilige Geest. Gedegen, zorgvuldig, betrouwbaar en in alle liefde. Een pastoraat dat mensen helpt om een nieuwe mens te worden. Vol van de Geest en waarlijk vrij. Van welke uitzichtloze situatie dan ook.

Nederland heeft een uitstekende reguliere hulpverlening, maar de kerk heeft een bron waardoor ze in potentie (veel) meer kan. Zou voor de Heere iets te wonderlijk zijn?

De auteur is voorzitter van de werkgroep Genezing en Bevrijding van het Evangelisch Werkverband.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer