Kun je een partij verbieden?
Moeten antidemocratische politieke partijen verboden (kunnen) worden? Dat was in september 1936 de kern van de oratie van prof. George van den Bergh aan de universiteit van Amsterdam bij zijn aantreden als hoogleraar staatsrecht. Elsevier vond deze rede blijkbaar actueel genoeg om hem weer uit te geven.
Een inleiding op deze rede is noodzakelijk, met het oog op de lezer die over het jaartal 1936 heen leest of zich niet realiseert dat dit de tijd was dat de NSB in ons land stemmen zocht.
In buurland Duitsland waren de nazi’s al drie jaar aan de macht. Zij hadden in 1928 openlijk gezegd dat men met de democratie de democratie zou afschaffen. In de tijd van Van den Bergh –zelf sociaaldemocraat– was dit dus geen puur theoretisch vraagstuk. Mogelijk is hij later ook juist vanwege deze lezing in Buchenwald gekomen.
Voor mensen die houden van politiek en recht is de oratie een genot om te lezen. In toegankelijke taal bespreekt hij alle antwoorden op de vraag of je in een democratie partijen kunt verbieden. In een democratie mag je immers zeggen wat je denkt. Verdraagzaamheid is het „diepste wezen der democratie”, zegt Van den Bergh.
Zichzelf opheffen
De verdraagzaamheid van de democratie is echter niet eindeloos. Kenmerk van de democratie is immers ook haar „zelfcorrectie.” Verkeerde beslissingen kunnen worden herroepen.
En daar ligt precies de grens: een democratie mag met betrekking tot haar eigen functioneren nooit onherroepelijke besluiten nemen.
De democratie mag dus veel, maar niet zichzelf opheffen. En partijen die dat wel willen, moet men inderdaad verbieden. Hetzelfde geldt voor bewegingen die pleiten voor de herinvoering van de slavernij.
Opvallend is dat Van den Berg meermalen zegt dat de godsdienstvrijheid het fundament is voor het Nederlandse volksbestaan. Het is jammer dat dat aspect in de voor- en nabeschouwingen niet meer is toegelicht. In de hedendaagse staatkunde wordt de godsdienstvrijheid helemaal niet meer als primair gezien. Sommige secularisten vinden zelfs dat in dit grondrecht wordt voorzien in de vrijheid van meningsuiting.
Radicale islam
Over de indeling van dit boek is waarschijnlijk niet bijzonder goed nagedacht. De oratie zelf beslaat slechts 30 pagina’s op een totaal van 228 bladzijden. De inleiding van Bas Rijpkema is bijzonder verhelderend. Dat biedt naast een samenvatting van Van den Berghs lezing ook een overzicht hoe er op is gereageerd.
Het nawoord van prof. Paul Cliteur gaat jammer genoeg vooral in op de bestrijding van de radicale islam. Je zou verwachten dat hij de these van Van den Bergh op de actualiteit zou toespitsen –bijvoorbeeld op een verbod op de PVV– maar dat blijft allemaal in de lucht hangen. Een kritischer redactie zou het boek sterker hebben gemaakt.
boekgegevens
Wat te doen met anti-democratische partijen? George van den Bergh; uitg. Elsevier Boeken, Amsterdam, 2014; ISBN 97 8903 525 2004; 228 blz.; € 14,95.