Een koningin die pion werd
Titel:
”Christina van Zweden. Koningin op het schaakbord Europa 1626-1689”
Auteur: Diederik Lanoye
uitg. Davidsfonds, Leuven, 2001
ISBN 90 5826 133 6
Pagina’s: 208
Prijs: € 23,20 Een lutherse koningin die begraven is in de rooms-katholieke Sint-Pietersbasiliek van Rome. Dat moet een bijzondere koningin zijn geweest. Dit kan inderdaad gezegd worden van Christina, koningin van Zweden: veelbelovend, wispelturig en in meer opzichten een bijzondere ”koningin op het schaakbord Europa”, zoals de ondertitel luidt van het boek dat Diederik Lanoye aan haar wijdde.
Christina van Zweden werd geboren als tweede dochter van koning Gustav Adolf II in het jaar 1626. De vroedvrouwen dachten eerst dat zij een jongen was, want ze was heel behaard. Haar vader wist echter zeker dat het een meisje was, maar, zo zei hij: „ze zal doortrapt worden, want ze heeft ons allen om de tuin geleid.” Het zouden profetische woorden blijken.
Christina kreeg een lutherse opvoeding aan het hof in Stockholm. Gustav Adolf II nam zijn dochter vaak mee om de Zweden er vast aan te laten wennen dat er na hem een vrouw op de troon zou zitten, want de eerste troonopvolger was al overleden. Zweden was in die tijd een machtig land en speelde ook een rol in de Dertigjarige Oorlog (1618-1648), die heel Europa teisterde.
Na de plotselinge dood van haar vader werd Christina op zesjarige leeftijd uitgeroepen tot koningin. Een regentschapsraad regelde haar lutherse opvoeding. Zo mocht zij niets lezen of horen over katholieke dwalingen. Toch leefde zij dat verbod niet strikt na. Via bezoekers leerde zij de rooms-katholieke leer kennen en waarderen.
Al snel kwam ook haar belangrijkste karaktertrek naar voren: ze was wispelturig. Christina leefde enerzijds ascetisch, ze studeerde hard en at weinig. Anderzijds leefde zij zich volop uit in de jacht en het paardrijden, waarbij ze niet onderdeed voor een edelman.
Op achttienjarige leeftijd begon haar persoonlijke regering. Tijdens de korte periode dat ze op de troon zat, verwierf de koningin grote roem in heel Europa. Christina wilde van Stockholm het ”Athene van het noorden” maken: een ontmoetingsplaats van denkers, schrijvers en kunstenaars. Zo was Descartes aan het hof te vinden, maar ook vele andere bekende mannen uit Europa bezochten Stockholm. Zelf was ze actief in de wetenschappen, schaafde aan haar Grieks, woonde anatomische lessen bij en bezat een grote collectie astronomische instrumenten. Ze bezat honderden schilderijen en zag zichzelf graag als beschermvrouwe van kunsten en wetenschappen.
Haar levensstijl, die gepaard ging met een hang naar luxe, kostte erg veel geld en dat zette kwaad bloed. Christina leek echter een veelbelovende koningin, die in haar regeringsdaden niet slecht scoorde. Maar waarom deed ze dan op 28-jarige leeftijd al afstand van de troon en waarom verbleef ze na haar vertrek uit Zweden ruim een jaar in de Spaanse Nederlanden, het tegenwoordige België?
Bekering
Met name het verblijf van Christina in de Spaanse Nederlanden van augustus 1654 tot 22 september 1655 is de reden geweest voor Diederik Lanoye om dit boek over Christina te schrijven. De schrijver wilde geen complete nieuwe biografie over deze veelbesproken vrouw schrijven. Die boeken zijn er genoeg met evenveel verschillende meningen, want er zijn heel wat bronnen over Christina te vinden. Zo schreef ze zelf bijvoorbeeld al een autobiografie.
Lanoye noemt het verblijf van koningin Christina in Antwerpen en Brussel een „groot deel van een scharnierfase” in haar leven. Hier gebeurde het. Vanuit die scharnierfase kijkt en beoordeelt hij wat ervoor en erna gebeurde. Een boeiende aanpak die de schrijver met succes heeft uitgevoerd.
Wat gebeurde er? Al tijdens haar opvoeding had Christina twijfels over de waarheid van het lutherse geloof. Zij voelde zich aangetrokken tot het rooms-katholicisme. Het verhaal van haar ’bekering’ is lang, complex en vol onverwachte wendingen. Maar het is wel zeker dat de belangrijkste reden voor haar aftreden haar innerlijke groei naar het rooms-katholieke geloof was. Zij wist ook dat zij geen koningin kon blijven, want de Zweden zouden geen rooms-katholieke koningin dulden. Om voor de Zweden nog steeds duistere redenen trad ze af, nam nog één keer deel aan het lutherse avondmaal en vertrok naar de Nederlanden.
Daar wist ze iedereen een rad voor de ogen te draaien, want ze deed voorkomen dat ze nog steeds luthers was. Ze zou gezegd hebben: „…dat ze haar hemd zou verbranden wanneer ze wist dat dat hemd nog maar het minste vermoeden van haar plannen had…” In de kerstnacht van 1654 bekeerde Christina zich echter in het geheim tot het rooms-katholieke geloof. Die keuze werd een jaar later openbaar toen zij verder getrokken was naar Rome, waar ze door paus Alexander VII werd ontvangen. De Rooms-Katholieke Kerk beschouwde het als een grote triomf dat de lutherse koningin zich bekeerd had; uit eerbetoon werd ze na haar dood in 1689 met veel publiciteit in de Sint-Pieter begraven.
Koningin zonder kroon
Koningin Christina koos voor de Spaanse Nederlanden omdat zij in Zweden al steun had gekregen van de Spaanse koning Philips IV, die hier regeerde. Bovendien wilde zij naar Rome en waren de Zuidelijke Nederlanden een veilige tussenstap. Hier begon volgens de schrijver de tweede periode van het leven van deze koningin. De meeste hoofdstukken gaan over deze levensfase. Christina’s verblijf in Antwerpen en Brussel laat een mengeling zien van een droomwereld en de harde realiteit.
Na een glorieuze intocht bleek al gauw dat haar ambities te hoog lagen. Men zag haar als een koningin zonder kroon, zonder land en dus zonder macht. Haar leven werd gekenmerkt door vreugde en ontgoocheling: feesten en jachtpartijen naast geheime missen. Bovendien zat ze door haar veel te luxe levensstijl altijd in de schulden en werd ze achtervolgd door schuldeisers.
De schrijver kiest voor de stelling dat haar bekering tot het rooms-katholicisme oprecht was. Een troon opgeven doe je immers niet zomaar. Hij geeft aan dat haar ambities ook veel verder lagen. Zij droomde ervan te kunnen optreden als vredestichter op het Europese schaakbord. In de ontvangsthal van haar paleis hingen wandtapijten met afbeeldingen uit het leven van niemand minder dan Alexander de Grote. Zo zag ze zichzelf graag. Zij zou optreden als de wereldlijke arm van de paus. Zij zou de katholieke machten verenigen voor een nieuwe kruistocht.
Verkeerde paarden
Vanuit deze visie maakte ze, wispelturig als ze was, echter de verkeerde keuzes in het zoeken van steun bij andere vorsten. Steeds wedde ze op verkeerde paarden, ze werd daardoor voor iedereen ongeloofwaardig en kreeg zelfs ruzie met de paus. Haar vader had met zijn uitspraak bij haar geboorte gelijk gehad, maar misschien leidde ze zichzelf wel het meest om de tuin. Deze koningin werd als een pion door anderen gebruikt op het Europese schaakbord.
”Christina van Zweden” is een goed en vlot geschreven boek over een interessante koningin, die in ons land niet bekend is geworden. Aan de hand van haar levensloop krijgt de lezer tevens een heldere kijk op de Europese geschiedenis van de zeventiende eeuw.