Studenten moeten weg, maar gaan niet
AMSTERDAM (ANP). De studenten in het Bungehuis in Amsterdam gaan ondanks een uitspraak van de rechter door met hun bezettingsactie. De uitspraak van de rechter heeft voor ons geen enkel gewicht, zei een van de studenten kort nadat ze te horen hadden gekregen dat ze het gebouw op korte termijn moesten verlaten. Doen ze dat niet, dan moeten ze een dwangsom betalen van 1000 euro per dag, aldus de rechtbank in een kort geding dat de Universiteit van Amsterdam (UvA) had aangespannen.
De UvA had een ontruiming geëist binnen vier uur na dagtekening van het vonnis en een dwangsom van 100.000 euro. De dwangsom vond de rechter te hoog. De rechtbank was het wel eens met de argumenten van de UvA dat de bezetting het onderzoek en het onderwijs hindert en de (brand)veiligheid gevaar loopt.
Het is nog niet duidelijk wanneer de UvA de studenten in het Bungehuis zal sommeren te vertrekken. Rond 20.15 uur meldde een deurwaarder zich in het Bungehuis. Maar de kans dat de politie donderdagavond- of nacht nog het pand gaat ontruimen, wordt zeer klein geacht. De UvA gaat ervan uit dat de bezetters gehoor geven aan de uitspraak en hoopt na een schoonmaak het gebouw maandag weer in gebruik te kunnen nemen.
Het Bungehuis aan de Spuistraat, een gebouw van de faculteit geesteswetenschappen van de UvA, wordt al sinds vrijdagochtend bezet door een groepering die zich De Nieuwe Universiteit (DNU) noemt en strijdt voor meer democratie en transparantie van bestuur binnen de universiteit. De studenten willen bijvoorbeeld meer inspraak in de medezeggenschapsraden en verlangen volledige openbaarmaking van het financiële beleid van het bestuur. De bezetters willen het pand pas verlaten als al hun eisen zijn ingewilligd. De UvA had ze een andere locatie aangeboden, maar dat wilden ze niet.
Een docent die met de actie sympathiseert, riep de bezetters in een emotioneel betoog op „met mij hier te blijven en u aan te sluiten bij de arrestantengroep”. Hij zei te hopen dat de dwangsom gebruikt wordt voor de tekorten die zijn ontstaan door financieel wanbeheer van het universiteitsbestuur.