Economie

„We zitten in de olie, maar weten niet voor hoeveel”

Een „technische hercategorisering” kostte de topman van Koninklijke/Shell Groep bijna de kop. Sir Philip Watts liet donderdag weten aan te blijven. Al heeft de buitenwacht reserves over zijn functioneren, de Nederlands-Britse oliegigant zoekt nog geen zondebok.

Sytse de Jong
6 February 2004 09:04Gewijzigd op 14 November 2020 00:56

Shell presenteerde donderdag de jaarcijfers. Dat de aandacht niet in de eerste plaats zou uitgaan naar het op een na beste resultaat uit de geschiedenis, sprak vanzelf. „Ik begrijp heel goed dat u de reserves in uw hoofd heeft”, sprak J. van der Veer, tweede man van het olieconcern, als eerste woorden na aanvang van de persconferentie.

Wat is er eigenlijk met de reserves van Shell aan de hand? Dat was de vraag die de top van de onderneming op gelijktijdig gehouden bijeenkomsten in Den Haag en Londen moest zien te beantwoorden. Van der Veer deed zijn best in de Hofstad, in Londen voerde Watts het woord.

Dat was hem geraden ook. Toen Shell op 9 januari in een telefonische persconferentie meedeelde dat de bewezen reserves eenvijfde lager waren dan aangenomen, liet hij verstek gaan. Het betrof, verdedigde de hoogste baas zich achteraf, immers slechts een „technische hercategorisering” waarmee geen „andere marktgevoelige informatie” was gemoeid. Analisten en beleggers dachten daar anders over en Shell kreeg een storm van kritiek te verduren.

Ook Van der Veer trok gisteren nadrukkelijk het boetekleed aan. „De communicatie had anders gemoeten”, beseft hij. Om vervolgens puntsgewijs op te sommen dat er geen sprake is van kwaadaardige opzet, dat de herwaardering geen financiële gevolgen heeft, en dat Shell het nieuws van de verkeerde categorisering toch maar mooi snel naar buiten heeft gebracht. Bovendien zal een interne commissie, aangevuld met deskundigen van buiten, een onderzoek doen naar de gang van zaken.

Een goed plan. Want er vallen wel wat vraagtekens te plaatsen wanneer de zogeheten bewezen reserve met in totaal 3,9 miljard vaten neerwaarts moet worden bijgesteld. Vooral in bestaande productiegebieden als Nigeria en Oman heeft Shell de getallen fors omlaag geschroefd, om precies te zijn met 2,3 miljard vaten. Bij 1,2 miljard vaten met een standaardinhoud van 159 liter gaat het om reserves in Australië, Noorwegen en Kazachstan.

In geografisch opzicht ligt het accent met 1,5 miljard vaten op Afrika. Het Aziatisch-Pacifisch gebied is goed voor 1,1 miljard vaten, op de voet gevolgd door het Midden-Oosten en de voormalige lidstaten van de Sovjet-Unie met 1,0 miljard. Ter wille van de transparantie zal Shell in toekomstige publicaties dit onderscheid naar regio standaard toepassen, liet Van der Veer weten.

Terug naar de hoofdvraag, hoe zit het nu met die reserves? De toelichting op de jaarcijfers biedt duidelijkheid. Shell verwacht dat 85 procent van de bijgestelde reserves binnen tien jaar alsnog winbaar is. Met de „voortschrijdende ontwikkeling van de velden” zullen de meeste voorraden die van de lijst zijn afgevoerd dan opnieuw in de rubriek ”bewezen” in de boeken komen. Ook de overige 15 procent komt vroeg of laat weer boven de grond of de golven, viel gisteren te beluisteren.

Dat de bijstelling aan een foute inschatting was te wijten, schrijven Van der Veer en zijn collega-bestuurders toe aan het feit dat het peilen van olie nu eenmaal een ingewikkelde klus is. Stel je het onlangs gerenoveerde hoofdkantoor als oliebron voor. Ga op het dak liggen, steek een rietje naar binnen en probeer een schatting te maken van de hoeveelheid die in het gebouw zit. Van der Veer: „We zitten in de olie, maar we weten niet voor hoeveel.” Waarschijnlijk heeft de concurrentie langere rietjes.

Wat daar nog bij komt, zijn de vereisten van de Amerikaanse beurswaakhond. De Securities and Exchange Commission (SEC) maakt een streng onderscheid tussen voorraden waarvoor concrete plannen worden ontwikkeld om die naar boven te halen en die welke nog een slapend bestaan leiden. Functionarissen van Shell zijn informeel met de SEC in gesprek over de wijze waarop de herwaardering in de boeken moet komen.

Hoewel Van der Veer toegaf dat meer verrassingen mogelijk zijn, vroeg hij gisteren ook aandacht voor de positieve zaken die te melden vallen. Zo vertonen de kosten voor het opsporen van olie en gas een gestaag dalende lijn. Hoewel critici vinden dat Shell een te voorzichtig beleid voert, zodat de voorraden dreigen te slinken, wees hij erop dat de nieuwe bronnen het „levensbloed voor de toekomst” zijn.

In het afgelopen jaar deed Shell een aantal „belangrijke vondsten” in Egypte, Nigeria, Kazachstan en de Verenigde Staten. Succesvolle evaluaties van eerdere vondsten vonden plaats in Brazilië, Nigeria en in de VS. Van der Veer: „We gaan door met exact dezelfde toekomstplannen als we hadden vóór 9 januari. Shell is een transparant, integer en degelijk bedrijf. Die vaten zijn niet verdwenen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer