Hij reageerde op de ongerustheid van de oppositie, die juist zegt dat het vele werk de opsporings- en veiligheidsdiensten over de schoenen loopt. Ze horen dat van de diensten zelf, zeker nu er meer mensen worden ingezet om de dreiging van van het jihadisme en terrorisme tegen te gaan.

Volgens de premier wordt er wel voortdurend gekeken of er knelpunten zijn in de keten en of er op termijn bijgestuurd moet worden, al dan niet met meer geld. De premier zei dat er altijd keuzes moeten worden gemaakt bij de inzet van de diensten. Het kabinet doet dat ook al en vindt die verantwoord.

Volgens Rutte is het een illusie te denken dat veiligheid en bescherming te koop is. „Maar geld mag ook niet het probleem zijn”.

Ondanks de frustratie en de aanhoudende kritiek van de oppositie, zei Rutte dat hij blij was om te zien dat de irritatie nu boven tafel komt. Het maakt volgens hem duidelijk dat de partijen betrokken zijn en de urgentie voelen.

Sybrand Buma van het CDA wil mensen uit de veiligheidsketen in het openbaar horen in de Tweede Kamer of ze het werk aan kunnen. Hij krijgt bijval van D66. Opstelten moet daar toestemming voor geven, maar vindt het volgens eigen zeggen niet nodig. Hij is nergens bang voor, zei hij. „We besturen ordelijk het land.”