De afgelopen jaren moet de politie steeds vaker uitrukken voor mensen met psychische problemen. In 2011 gebeurde dat nog zo’n 40.500 keer. In 2013 was dat opgelopen tot meer dan 52.000 keer.

„Wij hebben hiervoor gewaarschuwd toen er werd bezuinigd op de geestelijke gezondheidszorg. Het probleem heeft zich verplaatst naar de straten en woonbuurten. De politie moet hier mee omgaan, maar die is hier niet voor”, aldus Van de Kamp.

Hij wijst erop dat de afgelopen maanden ook weer veel incidenten met verwarde mensen in het nieuws komen. Geregeld gaat het om ernstige gevallen, zoals de 38-jarige Bart van U. Hij is meerdere keren met politie en justitie in aanraking gekomen, maar wist behandeling te ontlopen. Inmiddels wordt de aan waandenkbeelden lijdende Van U. verdacht van de moord op zijn zus en betrokkenheid bij de gewelddadige dood van oud-minister Els Borst.

Met de analyse wil Van de Kamp onder meer te weten komen wat de meest voorkomende gevallen zijn. Zo moet duidelijk worden met wie er afspraken gemaakt moeten worden over hulp. „Dit kun je niet zo laten. Een politiecel is geen oplossing”, zegt Van de Kamp.

Hij zegt dat het gaat om mensen die hulp nodig hebben. Omdat het Openbaar Ministerie de incidenten toch altijd moet bekijken, leveren ze „een enorme druk op de strafrechtketen op”. Van de Kamp vermoedt zelfs dat de kosten zo hoog zijn, dat ze de bezuinigingen op de GGZ teniet doen.