Muziek

Nicolaus Bruhns baande de weg voor Bach

Nicolaus Bruhns was ondanks zijn relatieve onbekendheid een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de Noord-Duitse Orgelschool. Maar hij was veel meer dan een virtuoos organist. De veelzijdige componist, die de weg effende voor de generatie van Bach, werd 350 jaar geleden geboren.

S. M. W. Bezemer
3 February 2015 06:46Gewijzigd op 15 November 2020 16:22Leestijd 3 minuten
Manuscript van een fuga in g-Moll, mogelijk van de hand van Bruhns. Beeld Wikipedia
Manuscript van een fuga in g-Moll, mogelijk van de hand van Bruhns. Beeld Wikipedia

Er zullen maar weinig orgelliefhebbers zijn die nog nooit van de Noord-Duitse Orgelschool hebben gehoord. In het overwegend protestantse noorden van Duitsland kon de orgelkunst tot bloei komen dankzij de gemeentezang en de daarmee verbonden schat aan koraalmelodieën. Het was Sweelinck die via zijn leerlingen, onder wie Scheidemann, de Noord-Duitse stijl diepgaand beïnvloedde.

Een indrukwekkende lijst van meesters –van wie Buxtehude, Böhm, Scheidemann, Praetorius, Reincken en Tunder de bekendste zijn– toont aan dat het gebied boven de lijn Arnhem-Hannover-Berlijn in de 17e en de 18e eeuw een schat aan cultuur herbergde die van grote invloed is geweest op de ontwikkeling van de barok in Duitsland. Niet voor niets had Bach er in zijn jonge jaren enkele malen een voetreis van ruim 50 kilometer voor over om de muziekcultuur van het noorden aan den lijve te ervaren. Dat hij dat intensief deed bewijzen de vele bewaard gebleven kopieën van zijn hand. Zo dook enkele jaren geleden in de Hertogin Anna Amalia Bibliotheek in Weimar een afschrift op van Reinckens grote bewerking van ”An Wasser Flüssen Babÿlons”, dat in 1700 ten huize van de Lüneburger componist Georg Böhm was vervaardigd door de toen 15-jarige Bach. In het zogenaamde ”maanlichtmanuscript”, dat Bach vervaardigde voor zijn broer in Ohrdruf, vinden we werk van de in zijn tijd vermaarde Nicolaus Bruhns (1665-1695).

Bruhns werd geboren in Schwabsted, niet ver van de Deense grens. Na bij zijn vader het vak geleerd te hebben studeerde hij compositie en orgelspel bij Buxtehude in Lübeck. In 1689 werd hij stadsorganist van Husum: zijn laatste betrekking voor zijn vroege dood in 1695. Bruhns ontwikkelde zich aanvankelijk vooral als violist en kreeg als zodanig een betrekking aan het hof in Kopenhagen. Hij verstond de kunst te improviseren op zijn viool en daarbij zichzelf te begeleiden op het pedaal van het orgel. Daarvoor moet je behoorlijk onafhankelijk van elkaar bewegende ledematen hebben…

Bruhns was belangrijk als meester van de koraalfantasie. Samen met zijn leraar Buxtehude, de oude Adam Reincken en Vincent Lübeck heeft hij dit genre vormgegeven. De koraalfantasie was een uitgebreide bewerking van een koraalmelodie die vooral werd gespeeld tijdens de vesperdiensten op zaterdagavond. Het was gebruikelijk dat de organist de fantasie improviseerde. Vandaar dat er maar weinig bewaard zijn gebleven. Van Bruhns echter wel een paar; verschillende ervan zijn te horen op YouTube, onder andere het indrukwekkende ”Nun komm, der Heiden Heiland”. Ook enkele van zijn cantates zijn te beluisteren. De composities bewijzen dat Nicolaus Bruhns tot de groten uit de Duitse barok moet worden gerekend.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer