Tientallen doden bij zelfmoordaanslagen in Noord–Irak
Door gelijktijdige zelfmoordaanslagen op de kantoren van de twee belangrijkste Koerdische partijen in het noorden van Irak zijn zondag in Arbil zeker 56 mensen om het leven gekomen onder wie een aantal hoge politici. Meer dan tweehonderd personen raakten gewond. Gevreesd wordt dat het dodental nog verder zal oplopen.
In de gebouwen van de Patriottische Unie van Koerdistan (PUK) en de Koerdische Democratische Partij (KDP) waren op het moment van de aanslagen veel mensen om het islamitische offerfeest te vieren dat het einde van de bedevaart (hadj) naar Mekka markeert. De veiligheidsmaatregelen zouden wegens het voor moslims belangrijke feest minder streng zijn geweest.
Onder de doden is een aantal hoge politici onder wie Sami Abdul Rahman, de vice–premier van het de facto autonome Koerdisch Noord–Irak en de nummer drie binnen de KDP. Verder verloren twee ministers, Shawkat Yazdin en Saad Abdullah, het leven alsook gouverneur Akram Mantak van Arbil en zijn plaatsvervanger Mahdi Khoshnau.
De vrees bestaat dat het dodental nog verder kan oplopen. In het normaal vreedzame Arbil was de situatie chaotisch na de aanslagen. Laat in de avond zochten reddingswerkers nog naar slachtoffers in de puinhopen. In het mortuarium lagen de doden tot in de gang opgestapeld. Functionarissen hebben burgers opgeroepen om bloed te doneren.
Volgens de Amerikaanse brigade–generaal Mark Kimmitt zitten buitenlandse strijders van al–Qaeda of Ansar al–Islam achter de aanslagen. De Iraakse interim–minister van Buitenlandse Zaken Hoshiyar Zebari legt ook de schuld bij Ansar al–Islam. Deze groep was vorig jaar uit Noord–Irak verdreven, maar is recent weer opgedoken.
Ooggetuigen vertelden dat de daders verkleed waren. De ene droeg traditionele Koerdische kleding terwijl de ander zich voordeed als een islamitische geestelijke. Zij droegen gordels met explosieven om hun lichaam. Een van hen liet de springstof ontploffen toen hij minister Yazdin feliciteerde met het offerfeest, aldus een getuige.
De KDP en de PUK zijn oude rivalen. Sinds 1991 delen zij de macht in de drie noordelijke provincies van Irak. De afgelopen weken liep de spanning op in het noorden hoog op omdat de Koerden een federaal Irak eisen en bovendien willen dat de olierijke provincie Kirkuk onder hun bestuur komt. Veel Arabieren en Turkmenen verzetten zich hiertegen.
De aanslag komt op het moment dat de Amerikaanse onderminister van Defensie, Paul Wolfowitz, onverwachts een bezoek brengt aan Irak. Hij zei er zeker van te zijn dat groepen die aanslagen plegen, zullen worden verslagen. De Amerikaanse ex–diplomaat en Koerden–expert, Peter Galbraith, denkt dat de aanslag Koerdische groepen kan versterken die voorstander zijn van een onafhankelijk Koerdistan.
Het was dit weekeinde niet alleen onrustig in Arbil. In de noordelijke stad Mosul kwamen zaterdag bij een aanslag op een politiebureau zeker negen mensen om. Zeker 45 mensen raakten gewond. Later kwamen bij een aanslag op een Amerikaans militair konvooi tussen Tikrit en Kirkuk drie Amerikaanse militairen om het leven.
In de loop van de avond kwamen in een drukke straat in Bagdad nog eens vier Palestijnen en een Irakees om toen een mortier ontplofte. Kort na middernacht kwamen zeker vijf en mogelijk twintig mensen om toen zij een munitiedepot in het zuiden van Irak probeerden te plunderen, aldus een woordvoerder van de Poolse strijdkrachten.
Ook zondag waren Amerikaanse militairen weer het slachtoffer van aanslagen. In Balad ten noorden van Bagdad kwam een Amerikaan om een raakten twaalf anderen gewond bij een raketaanval op een militaire basis. Sinds het begin van de oorlog vorig jaar om het bewind van Saddam Hussein te verdrijven zijn 366 Amerikanen bij gevechtshandelingen gestorven.