Cultuur & boeken

Winterverhalen zijn geen hapklare brokken

Titel:

J. L. Vermeulen
28 January 2004 13:24Gewijzigd op 14 November 2020 00:55

”Woorden die ik niet versta. Eigentijdse winterverhalen”
Auteur: Sjaak Verboom, Daniël van den Bos, Marc Schaeffer, Janne-Marie Schouten, Ineke Vis en Marjo van Vuuren
Uitgeverij: Kok, Kampen 2003
ISBN 90 435 0800 4
Pagina’s: 107
Prijs: € 11,90. Na de bundel met zomerverhalen heeft uitgeverij Kok wederom een bundel verhalen van talentvolle schrijvers uitgebracht, met de verrassende ondertitel: ”eigentijdse winterverhalen”. Het zijn verhalen van mensen die in de meeste gevallen wel iets met schrijven hebben. Maar slechts een enkeling heeft een roman voortgebracht.

Het is een verheugend initiatief dat uitgeverij Kok er zo haar best voor doet om schrijvers te ontdekken die proberen positief-christelijk te schrijven en in hun verwoording trachten uit te stijgen boven de hapklare brokken die de zo populaire Amerikaanse romans brengen. Geen gemakkelijke opdracht, omdat de objectieve boodschap van het Evangelie zich in zekere zin moeilijk verdraagt met de gelaagdheid en de niet direct eenduidige boodschappen die in moderne literatuur in zwang zijn. Dat het toch mogelijk is, hebben eerdere generaties al bewezen. De titel van de bundel geeft overigens ook de gedachte weer dat deze verhalen geen hapklare brokken vormen. Het zijn woorden, die je niet (direct) verstaat.

Het eerste verhaal, van Sjaak Verboom, gaat over een Dutchbat-soldaat die „op zoek is naar de oorsprong der dingen.” Hij heeft in Srebrenica voor zijn ogen een medesoldaat zien sterven door de kogels van door Dutchbat beschermde Bosniërs. Hij maakt nu met een gids een rondrit langs de graven van soldaten die sneuvelden tijdens het Ardennenoffensief. Opvallend is dat de gids hem langs Duitse oorlogsgraven leidt, terwijl hij daar eigenlijk niet wil komen: het is de vijand.

Op de laatste dag zegt de gids: Je kunt zelf de geallieerde graven wel bekijken. Als hij dat doet, komt hij bij het graf met de naam van de gids tegen, die al in 1944 is gestorven! Het is waar wat de schrijver eerder in een natuurbeschrijving constateerde: hier raakt de hemel de aarde. Een engel leert hem in het reine komen met het verleden. Nu kan hij verder. De rotte vruchten van het verleden begraaft hij symbolisch door een perzikpit in de grond te duwen. Tegelijk een bron van nieuw leven! Dit indrukwekkende verhaal is het meest uitgebreid. Verboom moet alleen oppassen niet te veel loodzware ernst in zijn verhalen te stoppen.

Droog commentaar
Dat laatste doet Daniël van den Bos zeker niet. Zijn stijl is sterk, juist door de luchtigheid en het droge commentaar. Maar aan het eind van het verhaal blijf je als lezer wat verwonderd achter: net als er wat lijnen zijn uitgezet om mee verder te kunnen, is het verhaal uit. In deze krachtige vorm moet het mogelijk zijn een minder lege huls door te geven.

Een verrassend, bijna magisch-realistisch verhaal is ”Werther” van Marc Schaeffer. Het is het verhaal van een door het leven geschonden jongen die door een vriend van zijn blinde moeder uit zijn isolement wordt gehaald. De ik wil zijn verleden verdringen en mijdt contact. Zelfs bij een cursus filosofie is hij alleen bereid om op een „aangenaam theoretisch niveau” te discussiëren. Door het vertellen van zijn levensverhaal dwingt de vriend de ikpersoon uit die zelfgekozen eenzaamheid te komen. Jammer is dat onduidelijk blijft hoe de ikpersoon geworden is tot wie hij is.

In ”Claire obscur” van Janne-Marie Schouten is de hoofdpersoon bij een tragisch ongeval zijn vriendin door de dood en zijn geloof door de wanhoop kwijtgeraakt. Hij maakt als opdracht voor de kunstacademie een inktzwart doek over het Licht der wereld. Zijn docent maakt een alternatief: in zijn schilderij komt het Licht uit de schaduw naar voren. De hoofdpersoon loopt boos weg en laat een open einde achter. De stijl van het verhaal is bij vlagen sterk, maar over het algemeen wordt er te veel uitgelegd. Conclusies over het zichtbare gedrag als: „Bang iets prijs te geven van wat er in hem omging…” zouden aan de lezer moeten worden overgelaten.

Vogelkijker
”Paarse engel” van Ineke Vis gaat over een mensenschuwe vrouw die de zekerheid van anderen benijdt en door haar vogelkijker de moeders op het schoolplein observeert. Uiteindelijk stapt ze op ”paarse jas”, een zelfbewuste moeder, af, die heel meelevend blijkt en haar op natuurlijke wijze uit haar isolement haalt. Het is een verhaal dat bewijst dat een loodzwaar thema niet altijd nodig is. De stijl en de psychologische inleving zijn sterk.

Het verhaal ”Moedertaal” van Marjo van Vuuren is heel spannend. De hoofdpersoon geeft colleges linguïstiek en is een serieverkrachter. Maar dat laatste wordt door de gedoseerde schrijfwijze pas later duidelijk. De stijl waarin Van Vuuren de man introduceert, is mysterieus en beeldrijk. Als de man een meisje geselecteerd heeft, neemt hij haar als liftster mee in de auto. De dialogen zijn sterk, al vind ik de manier waarop het christelijke meisje de kern van het geloof op de man tracht over te brengen minder overtuigend.

Langzamerhand worden de vragen van de man van een lager allooi. Zijn bedoeling wordt het meisje duidelijk als hij naar de ”Onzalige bossen” rijdt. Onder bedreiging kleedt ze zich uit, maar als hij haar uitdagend vraagt of ze denkt dat haar God zal helpen, begint ze te prevelen. De man, met zijn grote kennis van de linguïstiek, herkent het niet. Hij raakt erdoor in trance en „vond zichzelf terug voor een huis. (…) Hij had haar thuisgebracht!” Als hij haar naroept wat dat was, zegt ze: „Dat was de taal van mijn Moeder.” Het was tongentaal, waarover ze hem eerder verteld had omdat ze net van een reis naar Toronto (van de Toronto-blessings) terugkwam. Daarom heet het verhaal ”Moedertaal” met een hoofdletter. Ook al spreekt het beeld van God als Moeder -dat de schrijfster overigens vooral nodig had vanwege het begrip ”moedertaal”- me niet zo aan, de uitwerking van het verhaal is door zijn koppeling van een ernstig onderwerp aan een vrij familiaire toon bijzonder aansprekend.

Verhalen geven de mogelijkheid om in kort bestek met een schrijver en een onderwerp kennis te maken. Nadeel is dat ze door de beperkte ruimte vaak te weinig uitgewerkt kunnen zijn. Dat doet voor de meeste schrijvers van deze bundel verlangen naar meer.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer