Economie

Kippenhouder Gijs de Wit na ruiming: „De kamer staat vol bloemen”

Gijs de Wit (59) runt met zijn zoon Jan-Dirk (33) een bedrijf met melkkoeien en vleeskuikens in Hazerswoude. Gijs doet de kippen. Maandag ze geruimd. Uit voorzorg, omdat bij de buren de hoogpathogene (zeer besmettelijke) vogelgriepvariant H5N8 was opgedoken. „Achteraf bleken wij vrij. Dat was een hele opluchting.”

6 December 2014 19:09Gewijzigd op 15 November 2020 14:57
De vleeskuikens van Gijs de Wit zijn deze week uit voorzorg geruimd, omdat bij de buren vogelgriep was uitgebroken. De stal staat nu verplicht leeg. beeld Martin Droog
De vleeskuikens van Gijs de Wit zijn deze week uit voorzorg geruimd, omdat bij de buren vogelgriep was uitgebroken. De stal staat nu verplicht leeg. beeld Martin Droog

Toen

Mijn vader is in 1963 met kippen begonnen en ik heb ze overgenomen. Ze horen bij mijn leven, als er geen kippen zijn mis ik ze meteen. De kuikens komen hier als ze een dag oud zijn, 50.000 stuks tegelijk. Ze blijven vijf tot zes weken en gaan dan naar de slachterij. We maken de stal schoon en dan komt het volgende koppel. Drie weken geleden dook de vogelpest op in Hekendorp en een paar dagen later in Langeraar. Dat is hier niet zo ver vandaan. Dan hoop je dat ze het virus kunnen indammen, dat we geen herhaling van 2003 krijgen. Toen is 30 procent van de kippen op de Veluwe uitgeroeid. Wij hebben daar destijds weinig van gemerkt, we zaten buiten het gebied met beperkingen. Hier in het westen zitten weinig pluimveebedrijven. Deze keer was ik er ook niet zo bang voor. Wel hebben we ons zaterdaghulpje voor een paar weken afgezegd en onderling geregeld dat alleen ik nog in de stal zou komen. Je moet er niet aan denken dat een ander het virus bij je binnenbrengt. Zaterdagavond belde de dierenarts dat er waarschijnlijk vogelgriep in Zoeterwoude zat. Toen wist ik genoeg: dat is mijn buurman. Die heeft een paar honderd meter verderop een leghennenbedrijf. Hij is de enige pluimveehouder in Zoeterwoude. De grens met Hazerswoude loopt precies tussen onze bedrijven. Zondagmorgen vroeg belde de buurman zelf dat het mis was. Vanuit het raam hebben we de hele dag alles kunnen volgen. Ik heb me geërgerd aan de media, die massaal op de ruiming af kwamen. Ze liepen bijna tussen de ruimers door om maar sensatiefoto’s te kunnen maken. Toen dacht ik: Als wij aan de beurt komen, wil ik dat niet hebben. Om één uur belde de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, TR). Als het virus bij de buren hoogpathogeen zou zijn, zouden wij volgen. Ik heb meteen de burgemeester gebeld. „Zorg alsjeblieft dat er morgen een noodverordening van kracht is”, zei ik. Van slapen kwam weinig, je bent er steeds mee bezig. Midden in de nacht belde de NVWA. Maandagmorgen werd de weg afgezet, dankzij de burgemeester. Daar was ik heel blij mee.


Nu

Bij de ruiming liepen er wel tachtig mensen op het erf. Van de NVWA, de GGD, de politie en natuurlijk de ruimingsploeg. Ik ben er de hele tijd bij gebleven. Ik wist dat onze kippen kerngezond waren. Wij hadden totaal geen uitval. Voordat de ruiming begon, kwam de taxateur. Die moet de dagwaarde van de kippen bepalen. Daarna draag je de kippen over aan de staat. Ik heb getekend voor de overdracht, in het algemeen belang. Maar ik ben niet akkoord gegaan met de taxatie. Die was belachelijk laag. Ik heb nog geprobeerd erover te onderhandelen maar dat hielp niet. Onze kippen waren 3,5 week oud. Dan heb je het meeste geld erin gestoken: de kuikens, de inentingen en het opstoken van de stal. De ruiming was om halfelf ’s avonds afgelopen. De stal was toen was ook al ontsmet, de mest ligt er nog in. Een uur later hoorden we dat onze kippen vrij waren van vogelpest. Dat was een hele opluchting. Ondanks de narigheid waren we er trots op. Nu mogen we veertien dagen lang niet in de stal komen. Bij de buurman hebben ze de stal zelfs verzegeld, bij ons niet, ik denk omdat wij het virus niet hadden. Voor de mensen van de NVWA heb ik niets dan lof, die hebben gewoon hun best gedaan. De sfeer tijdens de ruiming was heel goed. Dat is heel belangrijk. Bij de NVWA denk je altijd aan controleurs en regels, maar nu heb ik hen van een andere kant leren kennen. Eentje was de generaal, die was steeds onze contactpersoon. Ook de komende tijd zal hij nog regelmatig langskomen. Om uitleg te geven, onze vragen te beantwoorden en door te spreken wat er nog gebeuren moet.


Straks

Over veertien dagen wordt de stal schoongemaakt en nog een keer ontsmet. Ik denk dat we daarna officieel vrij zijn. Ik hoop dat we begin januari weer mogen opstarten. Alles bij elkaar zijn we dan één ronde uitgevallen. Daarmee mis ik ruim 100.000 euro omzet. Natuurlijk is de schade veel groter dan de vergoeding voor de kippen. Tijdens de twee standstillperioden na de eerste uitbraken hebben we ook nog eens 17.000 liter melk de mestput in moeten laten lopen. Die mocht niet worden opgehaald en melk mag bij aflevering niet ouder zijn dan 72 uur. Reken dat maar keer 30 cent. Maar wat me veel meer tegen de borst stuit is dat we een goed product moesten vernietigen. Dat geldt ook voor onze kippen, daar was niets mee aan de hand. Je doet steeds je best om goed voor je dieren te zorgen en een goed product af te leveren, en dan gebeurt dit. Wij hebben onze schade, maar andere bedrijven nog veel meer. Ik denk aan vermeerderaars, die hun broedeieren niet konden afleveren. En er zullen binnenkort ook wel slachterijen tijdelijk dichtgaan, omdat alle vleeskuikenhouders twee weken lang hun stallen niet konden herbevolken. Hoe we in Nederland nieuwe uitbraken van vogelgriep moeten voorkomen, weet ik niet. Pas als de bron bekend is, kun je bedenken hoe je die gaat aanpakken. Het lijkt erop dat wilde vogels het hier gebracht hebben. Die kun je moeilijk allemaal afschieten, dus we zullen het moeten zoeken in het beschermen van onze eigen dieren. De hygiëneprotocollen zullen nog strenger worden, verwacht ik. We hebben deze week veel medeleven gekregen. Dat doet ons goed. Veel mailtjes en telefoontjes, kaarten ook, en de kamer staat vol met bloemen. Zakenrelaties, mensen uit de buurt en uit de kerk, het gemeentebestuur, familie, iedereen leeft mee. Als we straks weer dieren hebben, willen we ook weer publiek toelaten. We hebben al bijna twintig jaar een zichtstal. Mensen kunnen vanuit een skybox in de stal kijken. Ik ben trots op mijn kippetjes, dat wil ik graag aan iedereen vertellen. Ik geniet er elke dag van.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer