Een overgrote meerderheid van het Parlement steunde dinsdag een voorstel van CDA-afgevaardigde Pex om het optreden tegen olielozingen onder te brengen in het EU-gemeenschapsrecht. De Europese Commissie kan daardoor als dagelijks bestuur van de EU lidstaten ertoe verplichten stevig op te treden tegen overtreders. Ondanks de olieramp met de tanker Prestige voor de Spaanse kust in 2002 blijven vervolgingen en boetes nu vaak uit.

Pex vreest dat een nieuwe ramp nodig is om de lidstaten wakker te schudden. Nu vinden zij dat de Europese Commissie geen bevoegdheden moet krijgen op dit terrein, omdat strafrechtelijke zaken een nationale aangelegenheid dienen te blijven. Nederland vreest bijvoorbeeld dat het eigen drugsbeleid onder Europees vuur kan komen te liggen als voor scheepsrampen al een begin wordt gemaakt met een EU-strafbeleid.

Volgens Pex dreigt de zaak door die juridische patstelling voor vele jaren stil te blijven liggen. „Terwijl er eigenlijk sprake is van een permanente ramp. Vissersboten en containerschepen lozen afgewerkte olie op zee om hoge kosten voor de verwerking van olie in havens te vermijden. Die ramp wordt niet voldoende onder ogen gezien”, aldus de CDA’er.

In 2002 waren er al ruim 1000 illegale lozingen op zee. Daarbij gaat het niet om tankers. „Het zijn niet alleen kapiteins, maar ook eigenaren van kleinere schepen die aanzetten tot illegale lozingen op zee om kosten te vermijden.”

Pex wil dat het nieuwe Europese maritieme bureau, dat binnenkort van start gaat in Lissabon, gaat toezien op de aanpak per lidstaat van olielozingen. Verder dient een Europese kustwacht in te kunnen grijpen in geval van olierampen met tankers, om onenigheid tussen lidstaten, zoals het geval was bij de ramp met de Prestige, te vermijden.