Moeilijk halfjaar voor FrieslandCampina
AMERSFOORT. FrieslandCampina heeft een moeilijk eerste halfjaar achter de rug, mede door ongunstige marktomstandigheden in Europa, Indonesië en Vietnam. Bovendien werd er minder kaas geëxporteerd naar Rusland.
De coöperatieve zuivelreus maakte donderdag bekend dat de nettowinst in de eerste zes maanden van het jaar met bijna 37 procent is gedaald tot 104 miljoen euro. Dat was voor een belangrijk deel (44 miljoen euro) te wijten aan de dure euro ten opzichte van veel buitenlandse valuta.
Ook de hoge melkprijs die FrieslandCampina aan zijn veehouders uitbetaalde, speelde mee. Als coöperatie laat het concern de boeren via de melkprijs meedelen in de winst. De prijs wordt afgestemd op die van enkele andere grote Europese zuivelverwerkers. Inclusief later nog uit te betalen toeslagen bedroeg de melkprijs in het afgelopen halfjaar 44,19 euro per 100 kilo. Dat is 9,1 procent meer dan in de eerste helft van 2013.
De omzet van de zuivelreus groeide in de eerste jaarhelft wel, met 3,5 procent tot 5,71 miljard euro. Volgens topman Cees ’t Hart is dat te danken aan hogere verkoopprijzen. In China, Hongkong en op de Filipijnen werd de sterkste omzetgroei geboekt. Kindervoeding, een speerpunt van FrieslandCampina, deed het goed.
FrieslandCampina geeft geen winstverwachting voor heel 2014. Wereldwijd neemt de melkproductie toe, terwijl de ontwikkeling van de vraag naar zuivel „onzeker” is. De export van kaas naar Rusland ligt stil door de Russische boycot. Vorige week liet het concern zijn leden-veehouders al weten dat zij rekening moeten houden met een verlaging van de melkprijs in september. De zogenoemde garantieprijs voor die maand wordt maandag bekendgemaakt.
De wekelijkse noteringen van het Productschap Zuivel –een graadmeter voor de situatie op de industriële zuivelmarkt– gingen woensdag weer omlaag. De prijs van verse boter is sinds eind juli met 11 procent gedaald, die van vollemelkpoeder met 19 procent en die van mageremelkpoeder met 22 procent.
Fluctuaties in de zuivelnotering werken niet meteen door in de winkelprijzen voor de consument. De afnemers van genoemde zuivelproducten, de verwerkende industrie, zitten vast aan contracten die voor langere termijn zijn afgesloten.