Roerige relatie met Portugal
Nederland en Portugal vieren dit jaar drieënhalve eeuw betrekkingen tussen beide landen. De relaties met Lissabon zijn anno 2014 uitstekend. Maar dat is in de historie lang niet altijd zo geweest.
Nederland en Portugal zijn oude bekenden van elkaar. Nog voordat ze officiële betrekkingen aanknoopten, waren er al veelvuldig contacten tussen de twee naties. De vroegste contacten dateren waarschijnlijk uit 1147, toen Vlaamse en Friese kruisvaarders de Portugese koning te hulp schoten om Lissabon op de moslims te veroveren.
Als beloning ontvingen de Lage Landen belangrijke handelsvoordelen van de Portugese koning. Handel zou ook in de daaropvolgende eeuwen de basis vormen voor de bloeiende relaties tussen Nederlanders en Portugezen.
De Tachtigjarige Oorlog wijzigde de betrekkingen tussen beide landen echter ingrijpend. Aanvankelijk onderhielden Nederland en Portugal goede relaties. Lissabon stuurde in 1576 een speciale vertegenwoordiger naar de Staten-Generaal om de onderlinge vrijhandelszone in een verdrag vast te leggen.
Toen Spanje echter Portugal in 1580 bezette, ging het mis. Nederlandse schepen mochten niet langer in Portugese havens aanleggen en hadden daardoor geen toegang meer tot de specerijenmarkten van Lissabon en andere steden. Nederland zag zich daardoor gedwongen zelf naar Indië te gaan.
Dat leidde tot een forse koloniale expansie van de Nederlandse Republiek, maar het zou ook een regelrechte oorlog met Portugal opleveren. Evenals de Engelsen en de Fransen probeerden de Nederlanders hun wereldwijde handelsnetwerk uit te breiden – veelal ten koste van de Spaanse koloniale belangen. Aangezien Portugal en Spanje sinds 1580 de Iberische Unie vormden, waren Portugese kolonies en handelsposten eveneens een doelwit.
Onafhankelijk
Troepen van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) en de West-Indische Compagnie (WIC) verdreven de Portugezen uit grote delen van het Verre Oosten –Oost-Indië, Ceylon– en een deel van West-Indië. De Nederlanders namen Malakka in en vestigden een handelspost in Formosa, het latere Taiwan.
Niet overal was de strijd tegen de Portugezen overigens even succesvol. Pogingen om Goa –de ‘hoofdstad’ van het Portugese oostelijke rijk– in te nemen mislukten. Na eerdere Nederlandse veroveringen van Portugese kolonies in Brazilië wisten de Portugezen de Nederlanders uiteindelijk weer te verdrijven.
In 1640 liftte Portugal mee op de Catalaanse Revolutie en wist zich aan het Spaanse gezag te ontworstelen en weer onafhankelijk te worden. Kort daarna werden ook de banden met de Nederlandse Republiek weer aangeknoopt. De VOC en de WIC waren echter niet bereid de op Portugal veroverde koloniën terug te geven. Pas in 1661 werd er een verdrag gesloten dat bepaalde dat Lissabon al zijn Braziliaanse gebieden weer terugkreeg. De Aziatische bezittingen bleven echter in handen van de Nederlanders.
In de tijd van Napoleon was er een korte onderbreking in de betrekkingen tussen Nederland en Portugal, maar de banden werden na het uitroepen van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in 1815 weer hersteld.
Bondgenoten
De relaties tussen beide landen kenden in de decennia daarna een aantal problematische momenten. Nederland en Portugal ruzieden lang over de grenzen op het Indonesische eiland Oost-Timor. Via het lidmaatschap van de NAVO werden de twee staten weliswaar officieel bondgenoten, maar dat kon niet voorkomen dat de betrekkingen in de loop van de jaren 60 ernstig bekoelden door de Nederlandse kritiek op het dictatoriale regime-Salazar en de koloniale oorlogen die Portugal voerde.
Na de Anjerrevolutie in 1974 en de vestiging van de democratie in Portugal verbeterden de betrekkingen aanzienlijk. Zeker na het toetreden van Portugal tot de Europese Unie in 1986 gelden de relaties als uitstekend en heeft er veel onderlinge culturele, wetenschappelijke en economische uitwisseling plaats.
Portugese Joden
Portugese Joden hebben met mensen als Isaäc da Costa en Baruch Spinoza een belangrijk stempel op de Nederlandse cultuur gedrukt.
De eerste Joden die zich permanent in Nederland vestigden waren van Spaanse en Portugese komaf. Hun komst had alles te maken met de ontwikkelingen op het Iberisch schiereiland. De Spaanse Joden werden in 1492 door de inquisitie gedwongen zich tot het christendom te bekeren. Als ze weigerden, moesten ze het land verlaten.
Onder druk van die vervolging vluchtten veel Spaanse Joden naar buurland Portugal. Vanaf 1497 moesten Joden zich echter ook in Portugal gedwongen laten dopen. Velen bleven echter in het geheim hun Joodse religie belijden. Toen echter in 1536 ook in Portugal de inquisitie werd ingesteld, kwam er een Joodse uittocht op gang, vooral naar Brazilië en Frankrijk.
Een halve eeuw later kwamen de afstammelingen van deze vluchtelingen naar de Republiek der Verenigde Nederlanden, waar zij in vrijheid hun Joodse geloof konden beoefenen.
In 1675 opende de Portugese Synagoge zijn deuren in hartje Amsterdam. Het gebedshuis was op dat moment de grootste synagoge ter wereld en vormt tot op de dag van vandaag hét symbool van de aanwezigheid van Portugese Joden in Nederland.
Diverse Portugese Joden hebben grote invloed op cultureel, wetenschappelijk en religieus gebied in Nederland gehad. In 1632 wordt Baruch Spinoza geboren, die later als filosoof grote invloed zou hebben. Zijn voorgeslacht emigreerde naar Nederland. Over de afkomst van de Spinoza’s bestaat nog altijd onenigheid. Sommigen beweren dat de familie oorspronkelijk uit Spanje komt, anderen houden vol dat zij vanuit Portugal naar Spanje verhuisde.
De Nederlandse familie Da Costa stamt af van Uriel Acosta (1583-1640), die vanuit Porto naar Amsterdam verhuisde. De familie speelde een rol in de economische ontwikkeling in de stad Amsterdam. De familie bracht en brengt thans onder meer bestuurders en kooplieden voort.
Op 14 januari 1798 werd in Amsterdam een nazaat van Da Costa geboren: Isaäc da Costa. Hij kwam uit een welgesteld Joods bankiersgezin. Hij volgde de Latijnse school, studeerde rechten en was een tijdlang leerling van Willem Bilderdijk. Hij schreef liederen en politieke poëzie.
Maar Da Costa werd na zijn bekering tot het christendom vooral bekend als voorman van het Reveil. Hij schreef het bekende werk ”Bezwaren tegen de geest der eeuw”.