Fries en steil antirevolutionair
Titel:
”Zij zullen het niet hebben. De geschiedenis van het Friesch Dagblad”
Auteur: K. de Jong Ozn
Uitgeverij: Kok, Kampen, 2003
ISBN 90 43508108
Pagina’s: deel I; 442
Prijs: € 29,90. Het Friesch Dagblad (FD) bestond in 2003 een eeuw. Dat is een hele tijd. Lang genoeg om daarbij stil te staan. Bovendien is het FD de enige christelijke regionale krant die nog over is. Een krant ook die zich wist te onttrekken aan het verschijnsel van de persconcentratie. Wel was het voor deze Friese krant altijd een groot probleem om het hoofd boven water te houden.
In het door de vroegere staatssecretaris van Onderwijs K. de Jong Ozn. geschreven gedenkboek, dat onlangs verscheen onder de titel ”Zij zullen het niet hebben”, komt dat punt herhaaldelijk aan de orde. Het boek is het eerste deel uit een serie van drie. Dit eerste deel omvat ruim 400 pagina’s. Kennelijk is het de bedoeling de geschiedschrijving van het FD grondig aan te pakken.
Nu is er ongetwijfeld veel materiaal beschikbaar, al ontbreekt helaas het eerste nummer van de krant. Het FD-gebouw in Leeuwarden heeft een grote zolder boordevol oude kranten. Over een periode van honderd jaar valt daaruit veel interessants te halen. Daar wordt door de schrijver (zelf opgegroeid met het FD) dan ook royaal uit geput. Zodanig zelfs dat men al lezende in het boek denkt: Had het allemaal niet wat korter gekund? Minder beschrijvend ook en meer analyserend. Als die twee andere delen net zo dik worden, hebben we straks een geschiedschrijving van het FD in ruim 1300 pagina’s. Moet dat nu echt?
Noodsprong
Het FD was de voortzetting van de sinds 1900 verschijnende Provinciale Friesche Courant, die tweemaal per week verscheen. Hoofdredacteur was de eigenzinnige Tiemen de Vries, die zich in de loop der jaren van een bewonderaar tot een criticus van Kuyper ontwikkelde. Dit vanwege zijn tegenvallende sociale politiek. De Vries trok zich weinig van het bestuur aan en had ook geen zin om op de bestuursvergaderingen te verschijnen. Soms moest men hem daarvoor uit zijn bed halen!
Qua exploitatie werd dit nieuwsblad geen succes. De overstap naar een dagblad was dan ook eigenlijk een noodsprong, die mogelijk was doordat de Amsterdamse effectenmakelaars Van Eijk en andere bemiddelde geestverwanten het startkapitaal daarvoor beschikbaar stelden.
Een jaar na de start verscheen de krant een paar dagen niet. Drukkerij Jongbloed weigerde nog langer te drukken omdat het FD zijn rekeningen niet betaalde. Er waren ook niet meer dan 750 abonnees! Pas tijdens de Eerste Wereldoorlog ging het beter. Er bestond toen een grote belangstelling voor nieuws, waardoor het aantal abonnees toenam.
Friesland is vanouds een provincie met scherpe tegenstellingen. Links tegenover rechts, maar ook gereformeerd tegenover hervormd. De diepte van die kerkelijke scheur werd een eeuw geleden nog duidelijk gevoeld.
Het FD was een echte gereformeerde en antirevolutionaire krant. Dat bleek onder meer uit een grote verheerlijking van Kuyper. Wel probeerde FD-hoofdredacteur Brouwer ten aanzien van de hervormden voorzichtig te manoeuvreren. Er waren allerlei gevoeligheden, bijvoorbeeld toen in de jaren twintig hervormden en gereformeerden allebei wilden komen tot de oprichting van een eigen lyceum in Leeuwarden. Ook later lukte de doorbraak naar de CHU-stemmende orthodoxe hervormden niet.
Beperkte kwaliteit
Naar onze maatstaven gemeten was de journalistieke kwaliteit van de krant zeer beperkt. Maar men kon ook de vergelijking niet aan met de grote liberale dagbladen van die tijd. Veel dingen, ook in de provincie Friesland en ook in eigen kring, moest men laten schieten bij gebrek aan mankracht. De hoofdredacteur zorgde niet alleen voor hoofdartikelen, maar ook voor allerlei andere rubrieken, veelal commentariërend of beschouwelijk van aard. De nadruk lag bij het FD eigenlijk niet op het nieuws, maar op het verspreiden van de antirevolutionaire beginselen.
Ook bij Brouwers opvolger, Daniël van der Meulen, die zich presenteerde onder het pseudoniem Uddo, was dat heel duidelijk het geval. Hij zette nog sterker de puntjes op de i, waardoor hij soms in conflict kwam met predikanten en anderen uit de gereformeerde intelligentsia. Gemeenschappelijke kandidatenlijsten van ARP en CHU bij de raadsverkiezingen wees hij af. De dochter van Brouwer, die de vrouwenrubriek van het FD verzorgde, werd op een gegeven moment aan de kant gezet omdat zij te moderne ideeën had. Onder meer ten aanzien van de kleding en de haardracht van meisjes en vrouwen. Gerbrandy, de latere oorlogspremier, was ongelukkig met zijn opstelling.
Het aantal abonnees op het FD bleef beperkt. In de jaren dertig waren dat er zo’n 3000 à 4000. Dat stond, tot verdriet van Van der Meulen, in geen verhouding tot de bijna 50.000 ARP-stemmers in de provincie. Hoe kon men in een gereformeerd gezin aan de wand een bord hebben met de tekst: ”Ik en mijn huis, wij zullen den Heere dienen”, terwijl op tafel de Leeuwarder Courant of de Hepkema (het Nieuwsblad van Friesland) lag?
Die neutrale pers was echter uitgebreider qua nieuwsvoorziening en bevatte ook meer advertenties. Vandaar dat nogal wat gereformeerden daarop geabonneerd waren. De gereformeerde bovenlaag las De Standaard, die vond het Friesch Dagblad te veel een boerenkrantje. Het FD had echter veel samenlezers, waardoor de krant toch meer dan de helft van de ARP-gezinnen in Friesland bereikte.
Zondagsheiliging
Alles bij elkaar hebben we hier te maken met een omvangrijk stuk geschiedschrijving dat ons inzicht geeft in de gereformeerde en antirevolutionaire wereld in de eerste decennia van de vorige eeuw. De schrijver is ook uit die wereld afkomstig. Af en toe laat hij wat merken van de forse kloof die er gegroeid is. Maar niet op een irritante manier. In een jubileumboek wil je de sfeer aardig houden.
Sommige dingen die De Jong beschrijft, doen denken aan de beginfase van het Reformatorisch Dagblad (RD). Ook die krant is klein begonnen. Maar het RD had zelfs in de beginjaren toch veel meer abonnees en ook de grotere redactie dan het FD. Het Friesch Dagblad werd jarenlang door een stuk of drie redacteuren gemaakt. Iedere dag weer.
Het geestelijk klimaat van het FD was duidelijk kuyperiaans gereformeerd. Dat schept onmiskenbaar afstand. De betoogtrant van allerlei beschouwingen was soms wat simpel. Toch was er in de krant meer besef van God en Zijn dienst aanwezig dan thans ook onder de Friese gereformeerden te vinden is. De zondagsheiliging stond nog hoog aangeschreven. Toen koningin Wilhelmina Friesland bezocht en op zondagmiddag schaatswedstrijden bijwoonde, werd dat door het FD openlijk gelaakt. Aan sportnieuws deed men niet of nauwelijks. Over de elfstedentocht werd wel bericht, maar soms zonder dat de naam van de winnaar genoemd werd.