Nederland viert 175 jaar spoorwegen
Nederland telt 7000 kilometer treinspoor. Het is dit jaar 175 jaar geleden dat daar de basis voor werd gelegd met de aanleg van de lijn Amsterdam-Haarlem. Reden voor een feestje en exposities, waarvan er maandag twee van start gingen.
De eerste spoorlijn kwam er niet vanzelf. Luitenant William Bake was in 1830 bij de opening van de spoorlijn Liverpool-Manchester aanwezig. Enthousiast keerde hij terug en maakte plannen om in Nederland iets vergelijkbaars te realiseren: een spoorlijn tussen Amsterdam en Keulen. „Koning Willem I verleende zijn goedkeuring, maar het mislukte omdat Bake zijn plan niet wist te verkopen”, zegt Evertjan de Rooij van het Spoorwegmuseum. In het museum zijn maandag twee exposities in verband met 175 jaar spoorwegen in Nederland van start gegaan.
Bakes onstuimige assistent William Brade deed een tweede poging: de spoorlijn Amsterdam-Haarlem. „Een aantal investeerders, vergelijkbaar met de huidige durfkapitalisten, stak er geld in. In augustus 1837 werden de eerste 1300 aandelen van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HIJSM) verkocht).”
De plannen ondervonden veel weerstand. Mensen zouden hun verstand kunnen verliezen van het reizen met zo’n grote snelheid en de koeien zouden geen melk meer geven.
De nieuwe projectleider, de spoorwegingenieur Frederik Hendrik Conrad (zie kader), werkte de plannen verder uit. „Hij veranderde de plannen en nam een ingrijpend besluit: Conrad koos voor breedspoor. In Engeland had het normaalspoor –de rails lagen daarbij 145 centimeter uit elkaar– het gewonnen. Conrad koos voor breedspoor met 2 meter tussen de rails”, vertelt De Rooij. „Omdat de HIJSM al veel materiaal had besteld moesten er voor de spoorlijn nu erg veel extra kosten worden gemaakt. Slechts 25 jaar later moest de HIJSM al haar spoorlijnen weer ombouwen naar normaalspoor, omdat dat de standaard was geworden in Europa.”
Hoe breed breedspoor is, valt te zien in Utrecht. Daar rijdt een replica van Nederlands eerste trein, de Arend, over een stuk breedspoor op het museumterrein. „Verder kan en mag de Arend niet.” Afgelopen weekend werd een extra stuk breedspoor in gebruik genomen. „Dat is een cadeau van Strukton Rail aan het museum in het kader van de viering van 175 jaar spoorwegen in Nederland.”
De Arend en zijn broer de Snelheid kwamen te laat in Nederland om de opening van de lijn Amsterdam-Haarlem op de verjaardag van koning Willem I –24 augustus– te laten plaatsvinden. „Bij de echte opening op 20 september was de koning afwezig. Was hij chagrijnig dat het op de 24e niet was gelukt? Daar lijkt het op”, vertelt De Rooij, staand tussen (de replica’s van) de eerste Europese stoomlocomotieven.
Trevithick
De spoorweggeschiedenis begon in Groot-Brittannië, laat de expositie ”Iconen van het spoor” in het Utrechtse museum zien. „George Stephenson (1781-1848) wordt vaak genoemd als de grondlegger van de moderne spoorwegen, maar ik vind dat we bij Richard Trevithick (1771-1833) moeten beginnen.”
Diens locomotief met de sprekende naam ”Catch me who can” staat als een van de pronkstukken in de hal van het Spoorwegmuseum. De Rooij: „Trevithick was een kleurrijk man. Hij was de zoon van een mijningenieur. Trevithick bedacht dat je door water te verhitten in een gesloten ketel gemakkelijk stoom kon maken met een hogere druk. Die kon machines veel sneller laten lopen. In 1801 bedacht hij dat hij de kleinere machine op een kar kon zetten als aandrijving. Dat idee groeide uit tot de eerste locomotief.” Door tegenwerking en pech kwam het niet tot een serieproductie van de locomotieven.
George Stephenson had meer geluk. Zijn spoorverbinding tussen het Engelse Stockton en Darlington werd de eerste waarop een personentrein reed. Stephensons ontwerp, Locomotion No. 1, deed over de eerste 15 kilometer twee uur en haalde (bergafwaarts) een topsnelheid van 24 kilometer per uur. De Rooij: „In Engeland brak een ware spoorwegkoorts uit. Opdracht na opdracht volgde. De orderportefeuille van Stephenson zat in 1839 zo vol dat hij geen locomotief aan Nederland kon leveren. De Arend werd daarom gebouwd door een kompaan, Michael Longridge.”
Wedstrijd
Een belangrijke gebeurtenis voor de geschiedenis van het spoor vond in 1829 plaats in Rainhill, vertelt De Rooij. „Daar namen vijf verschillende stoommachines het tegen elkaar op: de Cycloped, de Novelty, de Perseverance, de Rocket en de Sans Pareil. De wedstrijd werd gewonnen door een ontwerp van George Stephenson, de Rocket.”
Drie van de historische iconen die meededen aan de Rainhill Trials staan nu in het Spoorwegmuseum: de Rocket (een model), de Novelty en de Sans Pareil. De Rooij: „Daar zijn we erg trots op. Het is uniek dat de eigenaars deze bijzondere exemplaren die ook zo bepalend zijn geweest voor de spoorweggeschiedenis in Nederland uit hun collectie aan ons wilden uitlenen.”
Afgelopen week arriveerden ze in Utrecht. De meeste per dieplader. Voorzichtig zijn ze er met grote kranen afgetakeld.
Ze staan nu bij elkaar in de Utrechtse museumhal: uit Engeland, Frankrijk, Duitsland en Zweden. Een bijzondere verzameling spoorweghistorie. De stalen rossen ogen wat simpel, maar destijds vormden ze hightech van de eerste orde.
De locomotieven staan opgesteld alsof ze prijken op de eerste Wereldtentoonstelling van 1851. „Daar werden destijds de nieuwste vindingen, zoals deze locomotieven, aan het grote publiek gepresenteerd. Het leek ons mooi ze hier in het Spoorwegmuseum ook zo te laten zien.”
Conrad, vergeten spoorwegpionier
De Engelse spoorwegpionier ir. Isambard Kingdom Brunel belandde bij de BBC-verkiezing van ”Grootste Engelsman” op de tweede plaats na oorlogspremier Winston Churchill. Nederlands grootste spoorman Frederik Willem Conrad (1800-1870) –„evenknie van Brunel”– is echter vrijwel onbekend. Onbegrijpelijk en onterecht, vindt Evertjan de Rooij van het Spoorwegmuseum in Utrecht. Daarom ging maandag een expositie over deze „duizendpoot” van start. „Een eerbetoon.”
Conrad was „de wegbereider van de eerste spoorlijn in Nederland, ontwerper van talloze spoorbruggen en bouwer van stations. Hij stond hoog aangeschreven in binnen- en buitenland”, licht De Rooij toe.
Conrad kwam februari 1839 als ingenieur-directeur in dienst van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HIJSM). Hij kreeg daar de opdracht de spoorlijn Amsterdam-Haarlem te realiseren. Geen eenvoudige klus, gezien alle technische problemen en de weerstand die er was.
Grote bekendheid kreeg Conrad met zijn ontwerpen voor tal van spoorbruggen die hij later moest maken voor de doortrekking van de spoorlijn naar Rotterdam. Zijn draaibruggen, vaste bruggen, rolbruggen, vijzelbruggen en kraanbruggen verwierven tot ver over de grens faam. De modellen van deze bruggen zijn in bezit van het museum en nemen op de expositie een prominente plek in.
Conrad werd als gevolg van deze successen gevraagd voor de prestigieuze functie van president van de internationale commissie van ingenieurs voor de bouw van het Suezkanaal. In 1870 overleed hij in een hotel in München tijdens zijn terugreis na de opening van het kanaal.
Activiteiten
De viering van 175 jaar spoorwegen in Nederland is niet zo grootst als die van het 150-jarig bestaan. Toch zijn er verschillende activiteiten. De informatie over de activiteiten wordt gebundeld op de site 175jaarspoor.nl. Ook via Twitter en Facebook zijn de activiteiten te volgen. Een selectie.
lIn het Spoorwegmuseum lopen tot 21 september twee exposities: een over de vroegste treinen ”Iconen van het spoor” en een over spoorwegpionier Frederik Willem Conrad. Op de echte verjaardag van 175 spoor, 20 september, vindt rond het museum het evenement Stoom! plaats met tal van stoommachines. De machines maken die dag ook een rijtoer door Utrecht.
lDie dag komt de stoomlocomotief Bello van de museumstoomtram Hoorn–Medemblik „onder stoom” naar Utrecht.
lDe NS viert het feest met een speciaal event op 20 september in Amersfoort. Details daarover volgen nog.
lDe replica van de eerste Nederlandse trein, de Arend, komt later dit jaar op het voorplein van station Amsterdam Centraal te staan.
lNedTrain, het service- en onderhoudsbedrijf van NS, zet dit jaar een paar keer deuren van werkplaatsen open.
Hoogtepunten
Wat waren de hoogtepunten van 175 spoorwegen in Nederland?
1837 – Oprichting Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HIJSM).
1839 – Eerste spoorlijn Amsterdam-Haarlem in gebruik.
1860 – Spoorwegwet van kracht.
1868 – Spoorbrug bij Culemborg in gebruik: jarenlang de langste overspanning ter wereld.
1889 – Opening Amsterdam-Centraal.
1937 – Alle spoorpartijen gaan op in één spoorbedrijf: de Nederlandsche Spoorwegen, kortweg NS.
1944 – Staking van het spoorwegpersoneel.
1958 – Laatste stoomtrein in Nederland. Grootschalige elektrificatie.
1978 – Opening Schiphollijn.
1994 – Verzelfstandiging van NS en in 2005 splitsing spoor (ProRail) en treinen.
2007 – Opening Betuweroute.
2009 – Invoering OV-chipkaart.
2012 – Opening Hanzelijn (Lelystad-Zwolle).