Kamer houdt hogere accijns overeind
DEN HAAG. Ondanks toenemende bezwaren van gedupeerde pomphouders in de grensstreek houden coalitiepartijen VVD en PvdA met steun van D66, CU en SGP vast aan de omstreden accijnsverhoging op diesel en lpg.
Tijdens een debat in de Tweede Kamer bleek donderdag dat staatssecretaris Wiebes (Financiën) ondanks heftig verzet van CDA, PVV en SP de steun van een meerderheid heeft om de accijnsverhoging gewoon overeind te houden.
De oppositiepartijen wreven Wiebes in dat mensen sinds de accijnsverhoging (waardoor diesel nu goedkoper is over de grens) massaal over de grens tanken en ook daar hun boodschappen doen, wat leidt tot faillissementen onder pomphouders en meer werkloosheid.
Volgens de verdedigers van de maatregel worden die effecten slechts deels veroorzaakt door de accijnsverhoging. Die terugdraaien zou de pomphouders en bedrijven dan ook niet helpen, zei Wiebes.
Een ander belangrijk argument van de tegenstanders was dat de accijnsverhoging door het vele tanken over de grens niet zou leiden tot extra inkomsten voor de schatkist. Wiebes weersprak dat donderdag opnieuw. Volgens hem leverde de hogere dieselaccijns in de eerste vier maanden van dit jaar 73 miljoen euro extra op vergeleken met vorig jaar. Vooral CDA-Kamerlid Omtzigt betwistte de cijfers van Wiebes.
Brancheorganisatie Bovag liet na het debat weten vrijwel zeker naar de rechter te gaan om compensatie te eisen voor de schade van de accijnsverhoging voor pomphouders in de grensstreek. De organisatie onderzoekt of de zaak samen met BETA, de belangenclub van onafhankelijke pomphouders, kan worden aangespannen tegen de staat.
De omvang van de claim moet nog worden bepaald, maar deze kan oplopen tot 80 miljoen euro. Pomphouders in de grensstreek zeggen wel degelijk omzetverlies te lijden doordat veel klanten de grens oversteken naar Duitsland en België.