„We willen alleen de ware God volgen”
„Ik vertelde de mensen dat hekserij niet goed is en dat we de dingen van God moeten nastreven, maar dat werd me niet in dank afgenomen door de stamleiders.” Wilson en zijn vrouw Leonor vertellen aan SDOK wat er gebeurde in april 2013, toen hun leven een vreselijke wending nam.
Samen met enkele andere christenen was Wilson onderweg naar de stad om fruit te verkopen, toen ze door de lokale politie gestopt werden. „Ze zeiden dat we met ons christelijk geloof tegen de lokale praktijken ingaan en dat we moesten meedoen met hun rituelen.” Wilson en de anderen werden meegenomen en vastgehouden, terwijl de politie overlegde wat ze met hen zouden doen. Midden in de nacht werden ze naar een kleine kamer gebracht, waar ze drie dagen lang vastgehouden werden. Alleen op de eerste dag kregen ze wat brood te eten. In de kamer, waar ze met dertien christenen opgesloten zaten, was geen toilet. „We baden en vroegen God om ons hier doorheen te helpen.” De ergste marteling moest nog komen, bleek later.
In de hoop dat ze hun geloof zouden opgeven, begon de politie de christenen te martelen. Ze werden vastgebonden en in elkaar geslagen. Ook werden ze ondersteboven opgehangen. „De Heere hoorde mijn gebed. Hij zorgde ervoor dat ik de pijn niet voelde toen ze mij sloegen. God gaf ons allemaal kracht, ook al vielen sommigen van ons flauw.” Uiteindelijk werden Wilson en de andere christenen vrijgelaten en keerden ze met veel moeite, gehavend als ze waren, terug naar hun dorp. Leonor waste en verzorgde Wilsons wonden. Ze wist dat hun lijdensweg nog niet ten einde was.
Leonor kreeg gelijk. Zodra de stamleiders beseften dat Wilson en de andere mannen niet op andere gedachten gebracht waren en dat ze nog steeds niet wilden meedoen met de heidense rituelen, joegen ze hen het dorp uit. Ze moesten alles achterlaten. De mannen zijn hiermee niet alleen al hun bezittingen, maar ook hun bron van inkomsten kwijt. Uiteindelijk vonden ze een nieuwe woonplek in een dorp waar meerdere gevluchte christelijke gezinnen bij elkaar wonen. Zusterorganisaties van SDOK droegen bij aan het bouwen van een nieuwe leefomgeving voor hen.
Sterker
Leonor en Wilson zouden nog steeds vredig in hun eigen dorp kunnen wonen als ze ervoor gekozen hadden om Jezus te verloochenen. Maar zij kozen ervoor om dit niet te doen. „We willen niet terug naar de duisternis waarin onze voorouders leefden,” vertelt Leonor moedig. „We willen alleen de ware God volgen.” Wilson en de andere gelovigen die in het nieuwe dorp wonen, zijn gaan beseffen dat wat er ook gebeurt, God altijd bij hen is. „We hebben grote zorgen en moeilijkheden gehad, en die hebben we nog. Toch, als we terugkijken en zien wat de Heere heeft gedaan, beseffen we dat we dat ons geloof gegroeid is.”
Colombia wordt geteisterd door geweld. De marxistische guerrilla’s en de rechtse paramilitairen zien christenen als een bedreiging. Meer dan driehonderd christenen zijn in de afgelopen jaren vermoord. In toenemende mate worden christenen ook vervolgd door hun lokale gemeenschap en familie, zoals ook uit het verhaal van Leonor en Wilson blijkt.
De wetenschap dat broeders en zusters in andere landen voor hen bidden en hen helpen, bemoedigt hen, aldus SDOK. Het helpt hen om standvastig hun geloof te blijven belijden.