Driekwart van de Nederlandse bevolking woont in de grote steden, of daaraan verwante gebieden, die ruim over het land zijn verdeeld. Die situatie biedt volgens de OESO economische voordelen, waar nog te weinig mee wordt gedaan. Dat komt onder meer doordat het stedenbeleid zich richt op problemen, in plaats van het vergroten van de groeikansen, aldus de denktank.

De OESO pleit daarom voor een nationaal stedenbeleid. Daarnaast zouden de verbindingen tussen steden als Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht verbeterd moeten worden, zodat zij samen de internationale concurrentie met andere grote steden aankunnen. De grootstedelijke gebieden in de rest van het land zouden beter op de Randstad moeten worden aangesloten, terwijl het oosten zou profiteren van nauwere banden met Duitsland. Daarbij zou het bijvoorbeeld makkelijker moeten worden voor Nederlanders en Duitsers om over de grens aan het werk te gaan.

De Nederlandse economie herstelt volgens de OESO langzaam van de diepe recessie. Daarbij blijft de relatief grote bankensector echter een zorgenkind, vooral door de hoge schuldenlast van Nederlandse huishoudens. Door de problemen van de banken komt het voor Nederland zeer belangrijke midden- en kleinbedrijf nog altijd heel moeilijk aan krediet.

De OESO verwacht dat de Nederlandse economie dit jaar met 1 procent groeit. Daarmee is de denktank wat positiever dan het Centraal Planbureau (CPB), dat rekent op een plus van 0,75 procent. Voor volgend jaar voorzien beide instellingen een groei van 1,3 procent. De OESO verwacht dat de werkloosheid verder oploopt, tot 7,6 procent van de beroepsbevolking dit jaar en 7,7 procent in 2015.