„Ik denk dat in de nabije toekomst nog niet is vast te stellen wie er op de Krim waren, maar een onderscheiding van de staat krijgen zij natuurlijk sowieso”, aldus Poetin. De president wil de mannen voor hun werk eren, omdat zij de bevolking zouden hebben beveiligd.

Poetin gelooft niet dat de aanwezigheid van militairen de stemming heeft beïnvloed. „Het is onmogelijk om mensen onder schot uit hun huizen te halen om ze naar de stembus te slepen.” Rusland heeft lange tijd ontkend dat de gewapende militairen, die geen insignes droegen, militairen van het Russische leger waren. Donderdag erkende Poetin dat er sprake was van een Russische militaire aanwezigheid.

De situatie in Oekraïne hoeft de normalisatie van betrekkingen met het Westen niet in de weg te staan, zei Poetin, maar dat is vooral afhankelijk van het Westen. Ook liet hij weten een goede relatie te hebben met Jens Stoltenberg die in oktober aantreedt als secretaris-generaal van de NAVO. Ondanks dat Poetin zich in het verleden vaak negatief heeft uitgelaten over het Westerse militaire bondgenootschap.

Presidentskandidaat Joelia Timosjenko zei zaterdag in Donetsk na de paasdagen in gesprek te gaan met de pro-Russische partijen die overheidsgebouwen in de stad bezetten.