Die bevroren op 1 april alle civiele en militaire samenwerking van het militaire bondgenootschap met Rusland tot er een bevredigende oplossing is gevonden voor de crisis in Oekraïne. Het besluit van Hennis betekent onder meer dat de gesprekken van de marine met de Russische marine over samenwerking worden stilgelegd en ook dat Russische militairen voorlopig niet meer mogen deelnemen aan defensiecursussen in Nederland. Verder gaat de minister niet naar een veiligheidsconferentie in Moskou.

De minister maakt een uitzondering voor de komende herdenkingen in Nederland van de Tweede Wereldoorlog. Daarbij zijn de Russen nog wel welkom. Ook vindt Nederland het volgens Hennis belangrijk om de dialoog met Moskou voort te zetten. Daarom is besloten om „de communicatiekanalen open te houden”, zoals tussen diplomaten als defensieattachés.

Of het Nederlandse besluit indruk maakt, „laat ik aan de Russen. Het is duidelijk een signaal”, zei Hennis na afloop van de ministerraad. Ze had op dat moment nog geen reactie van de Russen gehad.

Moskou vond het besluit van de NAVO om de samenwerking met Rusland voorlopig te stoppen, onzinnig. Het bondgenootschap besloot tegelijkertijd de samenwerking met Oekraïne uit te breiden en de hulp aan Oost-Europese NAVO-lidstaten te versterken. Die zijn verontrust over de Russische agressie tegen NAVO-partner Oekraïne. Als reactie daarop trok Rusland zijn hoogste vertegenwoordiger bij de NAVO in Brussel terug.