Enkelefeitconstructie in AWGB gaat op de helling
DEN HAAG. De enkelefeitconstructie in de Algemene wet gelijke behandeling gaat op de helling. In plaats daarvan komt een bepaling die minder bescherming biedt aan christelijke scholen die praktiserende homoseksuele docenten willen weren.
Wat is de enkelefeitconstructie?
De enkelefeitconstructie is onderdeel van de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB). En die is een uitwerking van artikel 1 van de Grondwet. Daarin staat gelijke gevallen gelijk behandeld dienen te worden (gelijkheidsbeginsel) en dat discriminatie op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook niet is toegestaan (discriminatieverbod).
Omdat dit spanning oplevert met de klassieke grondrechten, zoals vrijheid van godsdienst, vereniging en onderwijs, is in de AWGB de bepaling opgenomen dat werkgevers werknemers niet vanwege het enkele feit dat ze er een homoseksuele levenswijze op nahouden, mogen ontslaan. Ook samenwonen, al dan niet met personen van hetzelfde geslacht, mag geen reden zijn voor weigering. Maar als er bijkomende omstandigheden zijn, mogen bestuurders betrokkenen wel weren.
Waarom gaat de enkelefeitconstructie er nu uit?
Vanaf het begin van de inwerkingtreding van de wet is er onduidelijkheid over de reikwijdte van de genoemde bijkomende omstandigheden. Volgens de seculiere partijen geeft deze bepaling orthodoxe scholen alsnog de mogelijkheid om homoseksuele docenten te ontslaan. Het probleem is dat er zich nooit jurisprudentie heeft ontwikkeld over deze bepaling.
Wat willen de initiatiefnemers?
In 2010 sloegen D66, VVD, PvdA, SP en GroenLinks de handen ineen om de enkelefeitconstructie uit de wet te halen. De Raad van State bracht echter een kritisch advies uit over het initiatief. De RvS stelde dat de initiatiefnemers alle nadruk leggen op vrijheden van individuele personen (zoals homoseksuele docenten op christelijke scholen), maar „onvoldoende aandacht” hebben voor de vrijheden van groepen. Het advies luidde om in de wetstekst nauwer aan te sluiten bij een advies dat de RvS in 2009 had uitgebracht en waarin meer rekening wordt gehouden met de belangen van groepen. De tekst zou dan ook nauwer aansluiten bij een Europese richtlijn.
Wat hebben de initiatiefnemers met het advies van de Raad van State gedaan?
Best veel. Ze hebben een deel van de tekst van de Raad van State overgenomen. Nu komt er in de wet te staan dat instellingen op een godsdienstige grondslag, instellingen van bijzonder onderwijs of politieke partijen van personen die voor haar werkzaam zijn onderscheid mogen maken „op grond van godsdienst, levensovertuiging of politieke gezindheid, voor zover deze kenmerken vanwege de aard van de betrokken specifieke beroepsactiviteit of de context waarin deze wordt uitgeoefend een wezenlijk, legitiem en gerechtvaardigd beroepsvereiste vormen, gezien de grondslag van de instelling.” Maar onderscheid vanwege ras, geslacht, nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid of burgerlijke staat mag niet,
Is de nieuwe tekst een verbetering?
De formulering biedt meer bescherming voor levensbeschouwelijke instellingen. Maar een homoseksuele leefwijze valt niet onder de uitzondering. De indieners zelf zijn er heilig van overtuigd dat dit initiatief voor christelijke scholen geen enkele mogelijkheid meer biedt om docenten vanwege een homoseksuele leefwijze te weren. Daarom blijft de wet voor orthodoxe christenen een struikelblok.