Minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën zit maandag weer voor het eerst met de financiële specialisten van de regeringspartijen VVD en PvdA en met die van de ‘bevriende oppositiepartijen’ om de tafel voor begrotingsoverleg. Volgens Rutte zijn er „met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid” meevallers met per saldo een omvang oplopend tot een half miljard euro.

Dat geld is al geclaimd door VVD en PvdA. Die spraken deze week af om de strafbaarstelling van illegaliteit te schrappen, een wens van de PvdA. In ruil daarvoor kreeg de VVD een lastenverlichting van 500 miljoen euro voor de inkomens tussen de 40.000 en 110.000 euro per jaar.

De oppositiepartijen D66, ChristenUnie en SGP hebben samen hun eigen wensen die al snel oplopen tot een bedrag tussen de 2 en 3 miljard euro. Maar volgens Rutte heeft de coalitie daar al op geanticipeerd. De afspraken van VVD en PvdA zijn volgens hem niet in strijd met de wensen van de oppositie. Mocht de oppositie verder willen gaan, dan stuit het kabinet op „praktische grenzen” en zal er extra bezuinigd moeten worden, aldus de premier.