Economie

Goed jaar voor veehouder Gerrit Pierik uit Tollebeek

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina maakte vorige week bekend dat de aangesloten veehouders vorig jaar een historisch hoge prijs voor hun melk hebben ontvangen, namelijk 42,49 euro per 100 kilo. Een van hen is Gerrit Pierik (52) uit Tollebeek. Met zijn 120 koeien melkt hij een quotum van 1,1 miljoen liter vol.

Tiemen Roos

19 March 2014 16:44Gewijzigd op 15 November 2020 09:29
Melkveehouder Gerrit Pierik uit  Tollebeek is blij met de historisch hoge melkprijs van afgelopen jaar. Daar staat tegenover dat de kosten hoger zijn, onder meer door het dure veevoer. beeld RD, Anton Dommerholt
Melkveehouder Gerrit Pierik uit Tollebeek is blij met de historisch hoge melkprijs van afgelopen jaar. Daar staat tegenover dat de kosten hoger zijn, onder meer door het dure veevoer. beeld RD, Anton Dommerholt

toen

Mijn ouders hadden een melkveebedrijf in Cellemuiden, een gehucht tussen Genemuiden en Hasselt. Later hebben mijn vrouw Henny en ik dat overgenomen. We molken er honderd koeien en hadden 60 hectare grond in gebruik. Genemuiden had een deel daarvan nodig voor uitbreiding van zijn industrieterrein. Dertien jaar geleden hebben we ons bedrijf verplaatst naar de Noordoostpolder. Vader leverde de melk vroeger aan de kaasfabriek in Vollenhove. De afgelopen decennia zijn de meeste zuivelcoöperaties in Nederland samengegaan. In 2008 ontstond FrieslandCampina. Die verwerkt nu 80 procent van alle Nederlandse melk. Ik denk dat de melkprijs inderdaad nog nooit zo hoog is geweest. Uit de guldentijd herinner ik me dat we een keer 82 cent hebben gebeurd. Dat was heel hoog. Als je het omrekent, zaten we daar vorig jaar ruim boven. Maar de melkprijs schommelt nu meer dan vroeger. In 2009 zat hij in een diep dal. In de zomer kregen we toen 21 eurocent en gemiddeld over het jaar minder dan 28 cent. Een heel verschil met 2013. Toen we naar Tollebeek kwamen, zijn we meteen overgeschakeld op automatisch melken. We hebben twee robots staan. Ik ben er wel tevreden over, maar ga niet juichen over de voordelen. Natuurlijk scheelt het veel werk. Maar er zijn ook koeien die niet naar de robot komen. Je moet ze steeds weer ophalen. Vooral bij vaarzen, die voor het eerst gemolken worden, kost het soms veel tijd om ze te wennen. Aan de andere kant is de robot voor hoogproductieve koeien een uitkomst. In mijn jeugd was een koe die 20 liter melk per dag gaf een goede koe. Tegenwoordig is de productie minstens verdubbeld. Dat geeft meer druk op de uier, met kans op ontsteking. Vroeger molk je die koeien twee keer op een dag, nu komen ze soms wel vier keer naar de robot om zich te laten melken. Ik heb altijd geprobeerd het bedrijf voorzichtig uit te breiden, liefst met eigen middelen. Af en toe kochten we wat quotum aan. In 2009 hebben we 10 hectare grond bijgekocht. Daarvoor moesten wij wel naar de bank, maar die is hier in de polder heel coulant.


nu

Het afgelopen jaar hebben we goed geboerd. Dat ligt niet alleen aan de hoge melkprijs, de rente is ook historisch laag. Een hoge melkprijs zegt trouwens in absolute zin niets. De kosten van het veevoer zijn fors gestegen. Daar hadden we in 2012 al last van, toen de melkprijs een paar cent lager lag, maar het afgelopen jaar weer. Snijmais kost tegenwoordig 70 euro per ton. Dat is een heel belangrijk bestanddeel in het rantsoen van de koeien. Vijf jaar geleden kocht ik mais voor nog geen 35 euro per ton. Ook het krachtvoer is tegenwoordig erg duur door de hoge prijzen van soja en graan op de wereldmarkt. Sinds we hier in de polder zitten, hebben we een gemengd bedrijf. We telen suikerbieten en uien. De helft van ons inkomen komt tegenwoordig uit de akkerbouw. Maar ik moet er niet te veel werk aan hebben, dat heb ik genoeg aan de koeien. FrieslandCampina betaalt 0,5 cent extra voor de melk als de dieren minimaal 120 dagen per jaar 6 uur per dag de wei in gaan. Dat lukt bij ons niet. Beweiding en automatisch melken gaan slecht samen. Het zit bij ons vast op die zes uur. De koeien kunnen al die tijd niet bij de melkrobots. Als ze dan weer binnenkomen, krijg je filevorming. Dat gaat ten koste van de gezondheid van de dieren en van de melkproductie. Veel werk op ons bedrijf is geauto­matiseerd. Toch blijft er werk genoeg over. Hennie voert de koeien en verzorgt de kalveren. Ik ben deze week mest aan het uitrijden. Elke dag loop ik ook tussen de koeien. Ik wil er snel bij zijn als een dier gezondheidsproblemen heeft of als er eentje tochtig is.


straks

Europa heeft tientallen jaren de landbouw gesubsidieerd. Alles draaide om vergroting van de voedselproductie. De zuivelmarkt werd beheerst door een interventiesysteem. Overschotten werden door de EU opgekocht. Dat systeem is afgeschaft. De melkprijs is nu afhankelijk van de markt. De hoge melkprijs geeft aan dat de zuivelmarkt gezond is. We krijgen nog wel subsidie in de vorm van toeslagen. Die worden de komende jaren afgebouwd. Ik vind dat een goede zaak. Subsidies moeten niet structureel zijn. Ik denk dat we als Nederlandse melkveehouderij goed bezig zijn. Er is soms meer mogelijk dan je denkt. Het gebruik van antibiotica heeft de melkveehouderij in drie jaar gehalveerd. Dat vind ik fantastisch. Met medicijnen moet je bewust omgaan, zeker als je weet dat in ziekenhuizen mensen liggen die niet meer geholpen kunnen worden omdat ziekteverwekkers ongevoelig zijn voor bepaalde antibiotica. We hebben twee zoons en een dochter. Ze studeren nog. Ik hoop dat er een opvolger bij zit. Als dat niet zo is, heb ik er ook vrede mee. Maar ik wil wel dat het bedrijf de moeite waard blijft, dat het toekomstgericht is als ik het te zijner tijd overdoe. Daarom blijf ik investeren. Volgend jaar wordt de Europese melkquotering afgeschaft. We hebben de mogelijkheid om dan meer koeien te gaan houden. Twee jaar geleden is de stal uitgebreid. Er is ruimte voor een derde melkrobot. Maar of ik dat doe, weet ik nog niet. Een extra robot betekent dat ik 160 tot 180 koeien moet houden. En elke koe heeft aandacht nodig. We moeten het werk wel rond kunnen zetten. Misschien moet ik dan een vaste medewerker aantrekken. Tot nu toe doen Henny en ik het meeste werk zelf. Voor de strengere mestwetgeving hoef ik niet bang te zijn. We zitten hier midden in een akkerbouwgebied met een groot tekort aan mest. Ik ben een echte koeienman. Met machines heb ik niets. Ik voel me thuis tussen dieren en mensen. Vanmiddag ben ik nog met een schoolklas bij de schapen van een kennis geweest. Lammetjes kijken. Prachtig!

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer