Economie

Analyse: Wie Achmed heet, krijgt geen baan

DEN HAAG. Zo hoog als nu is de werkloosheid onder allochtone jongeren nog nooit geweest. Bijna dertig procent zit zonder baan. En zicht op snelle verbetering is er niet.

Jacob Hoekman
10 March 2014 19:14Gewijzigd op 15 November 2020 09:18
beeld ANP
beeld ANP

Als je Achmed heet, moet je niet gek staan kijken als je niet wordt uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek. Dat gegeven is al jaren bekend, maar uit maandag gepubliceerd onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat de gevolgen daarvan nu wel heel nijpend worden. De werkloosheid onder met name migrantenjongeren (tussen 15 en 24 jaar) rijst de pan uit.

De crisis treft iedereen. Maar ben je een jongere van Marokkaanse afkomst, dan is het wel extra beroerd. Niet minder dan 37 procent van hen is werkloos, tegen zo’n 10 procent van de leeftijdsgenoten van autochtone afkomst. En heb je dan ook nog als Marokkaan voortijdig je school verlaten, dan is het helemaal hopeloos: 59 procent van deze jongeren heeft niets omhanden. De crisis maakt de kloof tussen autochtoon en allochtoon steeds groter.

School niet afmaken

Een belangrijke vraag is natuurlijk: aan wie ligt dat? Aan Achmed of aan de werkgever? Allereerst aan Achmed, zo blijkt ondubbelzinnig uit het rapport. Want zijn opleidingsniveau is doorgaans een stuk lager dan dat van zijn autochtone leeftijdsgenoot, en de SCP-onderzoekers zijn helder: opleidingsniveau speelt zeker een rol.

Daarnaast zijn er nogal wat allochtone jongeren die simpelweg hun school niet afmaken. In 2012 waren dat er nog 36.000. De gevolgen daarvan zijn tastbaar: iemand die voortijdig zijn school verlaat, is veel vaker werkloos.

De onderzoekers wijzen er verder op dat migrantenjongeren mogelijk minder intensief en minder effectief zoeken naar een baan, al hebben ze daar geen harde gegevens voor.

Vooroordelen

Maar dan nog zijn de verschillen tussen autochtonen en allochtonen niet te verklaren, stelt het SCP. De kloof tussen –met name– Marokkanen en Nederlanders is daar veel te groot voor. Op dat punt komt de verantwoordelijkheid van de werkgever om de hoek kijken. Hoewel het niet is onderzocht, wijzen de onderzoekers in het rapport zo’n tienmaal op de mogelijkheid van discriminatie.

Die is er zonder twijfel. Verschillende studies uit de afgelopen jaren laten zien dat etnische afkomst een flinke rol speelt voor werkgevers die op zoek zijn naar nieuwe arbeidskrachten. En die rol wordt alleen maar groter als het economisch tij tegenzit. Werkgevers worden dan selectiever, waarbij meer ruimte ontstaat voor vooroordelen en discriminatie.

Argwanend

Helemaal onbegrijpelijk zijn die vooroordelen niet: met name de torenhoge criminaliteitscijfers onder allochtone jongeren maken werkgevers bijvoorbaat argwanend tegenover de hele groep.

Helaas komt dat gegeven niet uit de verf in het jaarrapport, want voor het eerst sinds de reeks in 1993 startte zijn cijfers over criminaliteit en onderwijs onder allochtonen achterwege gelaten. Het rapport gaat vrijwel uitsluitend over de arbeids- en inkomenspositie.

De opstellers deden dat omdat cijfers over werk meer dan criminaliteitscijfers gaan over „structurele integratie”, schrijven ze. Maar daarmee sneeuwt onder dat (gebrek aan) werk vaak juist nauw verweven is met criminaliteit. Als Achmed geen verklaring van goed gedrag kan laten zien aan zijn werkgever, of zijn cv staat vol gaten doordat hij tijdelijk in de cel zat, heeft hij buitengewoon veel geluk als hij de baan toch krijgt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer