Kerk & religie

„In Kantens’ kerk maakten hervormden van altaarsteen een stoeptegel”

Waar komt de uitdrukking ”Gods water over Gods akker laten lopen” vandaan? „Vroeger waste de pastoor achter in de kerk zijn handen. Het water liep door een luikje naar buiten, over het kerkhof, Gods akker.”

Reinald Molenaar
8 March 2014 10:43Gewijzigd op 15 November 2020 09:16
Exterieur. beeld Sjaak Verboom
Exterieur. beeld Sjaak Verboom

Martin Sprenger is in de Antoniuskerk in het Groningse Kantens zowel organist als voorzitter van de kerkenraad. Enthousiast laat hij ieder hoekje van het onlangs gerestaureerde bedehuis –dat stamt uit 1200– zien. Van het plekje waar de pastoor zijn handen waste, via het zeventiende-eeuwse Huszorgel, naar de toren met twee imposante klokken uit 1237 en 1660.

De banken in de kerk zijn steenrood met zwart, het middeleeuwse troggewelf heeft groene balken, en er ligt een kleurige loper in het gangpad. Verder schitteren er wapenschilden van rijkbeschilderd houtsnijwerk en is de deurpost aan de oostzijde van de kerk van gemarmerd hout. Het is een lust voor het oog.

Ruim 400.000 euro kostte de restauratie, die in december werd voltooid. De kerkelijke gemeente –met 150 leden en zondags zo’n 40 kerkgangers– betaalde deze onder meer uit een zogeheten BRIM-subsidie. Reden voor de restauratie waren de vochtplekken in de muren. „Ze hadden een speciale behandeling nodig en zijn daarna opnieuw gestuct”, vertelt Sprenger. „Alle banken zijn geschilderd. Het orgel is op een speciale manier vacuüm ingepakt, zodat er geen stof bij kon komen. Buitenom is het voegwerk hersteld en het dak kreeg nieuwe panlatten met koperen haken om de dakpannen te bevestigen.”

Van de aardbevingen die het noorden van Groningen en dus ook Kantens teisteren, heeft het kerkgebouw niets te lijden gehad. „De steunbeer aan de buitenkant, bij de toren, dateert al van voor die tijd”, lacht Sprenger. „Die is geplaatst na de uitbreiding van de kerk rond 1400. Je ziet er nu heel vaak bruidsparen poseren, omdat dat zo’n mooi plaatje geeft.”

Tegenover de preekstoel staat de doopvont. Het is een zandstenen bassin uit de elfde eeuw. De buitenkant is versierd met romaanse motieven. En er staat een nummer op: 4180. „Dat is het depotnummer van het Groninger museum. We hebben lange tijd pogingen gedaan de doopvont terug te krijgen van het museum, en in 2006 hadden we succes. Het hoort hier thuis. Als er een kind wordt gedoopt, hangen we er een antieke koperen doopschaal in. En tijdens andere diensten ligt er een houten deksel op met bloemen daarop. Anders is het zo’n lege bak.”

Buiten, boven de deur aan de oostzijde, hangt een wapenschild. Ook dat onderging een grondig restauratie. Het behoorde toe aan de adellijke familie Lewe, die eeuwenlang de Klinkenborg in Kantens bewoonde. „Zij waren de enigen die deze ingang in de zestiende eeuw gebruikten. Tegenwoordig gebruiken we hem tijdens huwelijken en begrafenissen.”

Sprenger loopt verder, een rondje om de hooggelegen kerk. „Zie je de stoep hier? Dat is de altaarsteen uit de tijd voor de Reformatie. De hervormden hebben deze ontheiligd door er een stoeptegel van te maken.”

Huszorgel

Het Huszorgel stamt waarschijnlijk uit 1665. Het instrument met aangehangen pedaal staat in de middentoonstemming. Sprenger wil wel wat spelen. „Waar houd je van? Psalmen op hele noten? Die vind ik schitterend.” Sereen en liefelijk klinken vervolgens de tonen van Psalm 42. Psalm 68 volgt, met meer kracht. En ”Dankt, dankt nu allen God”. De tekst op de houten lijst tussen het orgel en de galerij stemt met het spel in: „Psalm singet den Here met het tien snarig instrument/ spelet wel met vrolick geschal/ Looft God in sijn heiligdom met snarenspel end orgel.”


Kerk Kantens failliet door pastoriebouw

In haar lange geschiedenis is de kerk in Kantens één keer failliet verklaard. In 1817 had de predikant schulden gemaakt omdat hij voor zichzelf tegenover de kerk een pastorie liet bouwen. Het huis, dat nu niet meer in bezit is van de gemeente, viel te duur uit. De gemeente werd failliet verklaard en er werd beslag gelegd op haar kerkgebouw. De schuldeiser verkocht de inventaris en een deel van het orgel. De kerkdiensten vonden plaats in de school op het dorp. Koning Willem I vond de situatie onwenselijk en zette zich in voor de kerk. Met een „vorstelijke gift” schonk hij het bedehuis terug aan de gemeente, vertelt Martin Sprenger, de voorzitter van de kerkenraad. Ouderling Uuldersma vertrok te paard vanuit Kantens naar Den Haag om de akte waarin dit werd bepaald te ondertekenen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer