Commentaar: Matige leerling dupe van strenge toelatingsprocedure scholen
De Onderwijsraad waarschuwt dat scholen te streng zijn in hun selectieprocedures. Uit angst zelf afgestraft te worden vanwege tegenvallende resultaten adviseren scholen leerlingen vaak om het een tandje minder te doen.
Een van de definities van onderwijs is: kinderen uitdagen om zichzelf te overtreffen. Daar zit veel in. Docenten die erin slagen hun leerlingen te laten ontdekken dat ze meer kunnen dan ze denken, zijn de beste. Wie zijn klas alleen maar routinematig helpt om door de stof te komen, daagt zijn leerlingen niet uit. Gevolg is nogal eens dat leerlingen niet geprikkeld worden tot hogere prestaties.
Wanneer de ruif net iets hoger wordt gehangen waardoor jongeren zich moeten inspannen om de intellectuele kost binnen te krijgen, bestaat het risico dat sommigen dat net niet redden. Er is echter ook een deel dat het wel lukt. Dankzij inspanning komen zij op een hoger niveau. Het geeft leerkrachten een geweldige vreugde als ze dat zien gebeuren; dat deze kinderen erin slagen zichzelf te overtreffen. Wie de laatste aanpak kiest, zal bij de toelating van leerlingen bereid zijn om ook een groep binnen te halen die maar net aan de normen voldoet.
De Onderwijsraad adviseert nu het ministerie van Onderwijs om streng toe te zien op selectieprocedures, zodat scholen niet een te veilige route kiezen door alleen maar leerlingen met een hoge slagingskans toe te laten. De toegankelijkheid van het onderwijs komt daarmee onder druk en dat treft vooral leerlingen uit lagere sociaaleconomische kringen.
Dat advies van de Onderwijsraad is terecht. Maar het kan niet zonder de aanpak van een ander probleem. Wie een soepeler selectie bepleit, zal zich ook moeten bezinnen op het rendementsdenken in het onderwijs. Ook daar wijst de raad op.
Scholen worden nu afgerekend op de resultaten van hun leerlingen. Ook daar is het nodige voor te zeggen. Er wordt immers veel geld in het onderwijs gestoken. Van scholen mag verwacht worden dat ze hun uiterste best doen om leerlingen aan een diploma te helpen. Dat examenresultaten en uitvalcijfers dus een factor zijn om scholen te beoordelen, is niet vreemd. Als dit maar niet het enige criterium is.
Wanneer het rendementsdenken doorschiet, worden deze cijfers allesbepalend. Als scholen strafpunten krijgen als leerlingen blijven zitten of tijdens de opleiding op een lager onderwijsniveau worden geplaatst, stimuleer je als overheid een (te) streng toelatingsbeleid. Met als gevolg dat kinderen die net mee kunnen komen mogelijk worden afgewezen en dus onvoldoende worden uitgedaagd.
De waarschuwing van de Onderwijsraad wijst erop dat er herbezinning moet plaatsvinden op de manier waarop scholen worden beoordeeld. Cijfers zeggen dan niet meer alles. Er zou veel meer gekeken moeten worden of scholen erin slagen matige leerlingen op een hoger niveau te brengen. Wie als school daarin slaagt, verdient een extra premie. Maar daarvoor moeten scholen wel de ruimte krijgen om bij de selectie risico’s te nemen.