Het gaat onder meer om „het huisadres en de geboortedatum van de heer De Winter”, schrijft de Landelijke Politie in een brief, die De Winter maandag op zijn website heeft gezet.

De gegevens zaten bij een waarschuwing aan medewerkers van politie en aan beveiligers van het ministerie. Daarin stond dat De Winter „vermoedelijk werkt aan een artikel c.q. reportage over de beveiliging van instanties en overheidsdiensten”. Voor zijn onderzoek zou hij „mogelijk proberen om met niet-correcte legitimatie terreinen of gebouwen binnen te komen”. Volgens de politie zette de informatie De Winter „ongefundeerd in een verkeerd daglicht” en belemmerde het hem „ten onrechte in de uitoefening van zijn beroep als onderzoeksjournalist”.

De Winter heeft vorige week excuses gekregen van het ministerie. Het is niet bekend of hij een schadevergoeding krijgt.

De Nationale Politie en het ministerie bevestigen de echtheid van de brieven. Ze zeggen dat ze aan maatregelen werken om herhaling te voorkomen. „Er is iets niet goed gegaan, dat geven we toe. We hebben verontschuldigingen aangeboden en gezorgd dat het is rechtgezet. Maar we vinden het vervelend om het allemaal in de openbaarheid te brengen”, zegt een politiewoordvoerster.

De Nederlandse Vereniging van Journalisten vindt het „absoluut kwalijk” dat de persoonlijke gegevens van De Winter zijn verspreid. „Ik ben blij dat er excuses zijn aangeboden, maar dat neemt niet weg dat er vragen kunnen worden gesteld. Met wat voor overheid hebben we te maken als ze dit soort berichten intern laat circuleren? Blijkbaar kunnen beschuldigingen inclusief adressen worden verspreid en krijgen mensen zonder enige fundering een stempel”, zegt secretaris Thomas Bruning.

De NVJ heeft geen aanwijzingen dat dit vaker is gebeurd. Ook het ministerie zegt geen weet te hebben van eerdere gevallen.