Meer keuze bij pensioensparen hogere inkomens
DEN HAAG (ANP). Hogere inkomens krijgen meer keuzemogelijkheden bij een vrijwillige pensioenspaarregeling die het kabinet voor hen in het leven wil roepen. Daardoor kunnen ook pensioenfondsen die regeling gaan uitvoeren.
Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën heeft dat maandag toegezegd in de Tweede Kamer. Hij kwam daarmee tegemoet aan de wens van een ruime meerderheid.
Het kabinet wil de pensioenopbouw vanaf volgend jaar fors beperken. Jaarlijks kan nog maar 1,875 (in plaats van 2,25) procent van het inkomen opzij worden gelegd voor de oudedagsvoorziening. Die ingreep moet bijna 3 miljard opleveren, de grootste bezuiniging uit het regeerakkoord.
Over inkomens boven een ton kan straks helemaal geen pensioen meer worden opgebouwd. Wel komt er voor de hogere inkomensgroepen een vrijwillige bijspaarregeling. Die is om technische redenen zo vormgegeven dat pensioenfondsen haar niet mogen uitvoeren. Wie een vrijwillige lijfrente voor zijn pensioen wil afsluiten, moet naar een bank of verzekeraar.
Een Kamermeerderheid vindt het onwenselijk dat pensioenfondsen buitenspel komen te staan. Zij denkt dat het goedkoper is als de bijspaarregeling ruimer wordt opgezet, zodat ook de pensioenfondsen haar kunnen aanbieden. Werkgevers en vakbonden delen die mening.
Wiebes is bereid de Kamer haar zin te geven. Het kost echter wel nogal wat tijd om dat te regelen, zei hij.
In grote lijnen kan het wetsvoorstel rekenen op brede steun, bleek maandag. Eind vorig jaar sloot het kabinet er een akkoord over met de bevriende oppositiefracties D66, ChristenUnie en SGP. Daardoor is ook voldoende draagvlak in de Senaat, waar het kabinet geen meerderheid heeft.
De andere oppositiepartijen hebben felle kritiek. SP-Kamerlid Paul Ulenbelt betoogde maandag dat jongeren straks veel te weinig pensioen kunnen opbouwen. De redenering van het kabinet dat iedereen voortaan langer werkt en dus ook langer voor zijn oudedagsvoorziening kan sparen, is volgens hem veel te optimistisch. Pieter Omtzigt van het CDA voorziet daarnaast uitvoeringsproblemen.
Het kabinet verwacht dat de lagere pensioenopbouw leidt tot een aanzienlijke daling van de pensioenpremies. Dat is goed voor de koopkracht en de economie.