Hervorming economie is al in volle gang, zegt het kabinet
DEN HAAG. De uitgangspositie van Nederland is sterk en veel hervormingen zijn al in gang gezet. Dat is in de kern de reactie van de ministers Kamp (Economische Zaken) en Bussemaker (Onderwijs) op het rapport ”Naar een lerende economie” dat de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) in november uitbracht.
In dat rapport, dat in 2010 door het toenmalige kabinet was aangevraagd, stelt de WRR dat er „gepaste bezorgdheid” zou moeten zijn over de veerkracht van Nederland. Wil ons land over twintig jaar nog een leidende economie zijn, dan vergt dat volgens de Raad meer wendbaarheid en innovatie. Dat kan worden bereikt met een hervorming van onder meer het onderwijs en de sociale zekerheid. Bedrijven moeten daarom meer toegang krijgen tot beschikbare kennis en werknemers moeten hun hele carrière blijven leren.
In een interview donderdag in NRC Handelsblad stellen Kamp en Bussemaker dat veel stappen die in het rapport worden gesuggereerd al zijn gezet, inclusief stappen die nog helemaal niet in dit rapport staan. „Het lijkt soms alsof de WRR nog een paar jaar in het verleden leeft. Zij moeten daar ook door blijven leren”, stelt Bussemaker. Kamp: „Wij hebben die dingen ook zelf allemaal in beeld.”
De WRR-conclusie dat het poldermodel vooral gevestigde belangen dient en ook het huidige topsectorenbeleid –waarbij enkele door de overheid geselecteerde sectoren subsidie krijgen– is achterhaald, deelt het kabinet niet. Zo noemt Kamp de kritiek op het topsectorenbeleid „een vergissing.” Het is volgens hem te vroeg om die conclusie te trekken. „Met dit beleid maken we de negen sectoren waar 96 procent van alle innovatie zit nog sterker. Die trekken de rest van de economie mee.”
Oppositie mist toekomstvisie
DEN HAAG. De oppositiepartijen D66, SP en GroenLinks kraken de kabinetsreactie op het WRR-rapport. Volgens D66-leider Pechtold bepleit de WRR meer inzet op onderwijs en onderzoek om het verdienvermogen van Nederland te versterken, maar laat kabinet dit afweten. Hij spreekt van „oude wijn in nieuwe zakken.” Ook SP-Kamerlid Van Dijk en GL-fractievoorzitter Van Ojik missen bij het kabinet toekomstvisie. „Dit is een gemiste kans”, aldus Van Dijk, die zegt dat het kabinet erin slaagt om de zinnige aanbevelingen van de WRR te negeren. Volgens de SP’er stelt de WRR dat er meer moet worden geïnvesteerd in onderwijs en in de kwaliteit van leraren, „maar dat pakt Bussemaker dus niet op.” Van Ojik vindt het jammer dat het kabinet vasthoudt aan het topsectorenbeleid: „Dat is subsidiebeleid voor gevestigde belangen. We hebben een strategie nodig voor de economie van de toekomst. Bijvoorbeeld meer fiscale sturing op duurzame productie en werk.”