De gratis cholesteroltest is geen serieuze poging om te investeren in volksgezondheid, maar een marketingactie die een oude mythe in stand houdt, stelt Wim Gelderblom.
In de krant (RD 5-2) konden we lezen dat alle Nederlanders tussen de 30 en de 70 jaar vanaf half februari gratis hun cholesterol kunnen laten bepalen: de Nationale Cholesterol Test. Zou de overheid eindelijk ernst maken met gezondheidsbevordering en ziektepreventie?
Terecht werd er in een artikel in de Volkskrant aandacht gevraagd voor het feit dat Unilever de grootste financier van deze test is. Dit bedrijf is tevens producent van de cholesterolverlagende margarine Pro-Activ. Een knap opgezette marketingactie dus onder het mom van volksgezondheid? De belangen zijn duidelijk en het is vreemd, zoals prof. Katan in genoemd artikel terecht opmerkte, dat dit onder de vlag van de rijksoverheid gebeurt.
Los van dit gegeven en los van het feit dat onvoldoende is aangetoond of het gebruik van plantensterolen (werkzame bestanddelen van genoemde margarine) op de langere termijn veilig is, dient er echter een andere vraag te worden gesteld. Een vraag die gemakkelijk buiten beeld blijft doordat ook de Hartstichting initiatiefnemer is van deze test. Dat is de vraag of een te hoog cholesterolgehalte „nog steeds een van de belangrijkste veroorzakers van hart- en vaatziekten” is, zoals prof. Katan stelt. Die stelling lijkt de rechtvaardiging voor deze hele actie, omdat het doel van de test op basis van deze aanname kan worden geformuleerd als het realiseren van een gezonder en vitaler Nederland. Maar het is de vraag of er voldoende wetenschappelijke onderbouwing voor is.
Sterker nog, het is een feit dat er allesbehalve wetenschappelijke consensus is over de juistheid van deze stelling. Tal van wetenschappers hebben reeds aangetoond dat het verhaal dat het verlagen van ons cholesterolgehalte tot een langer en gezonder leven leidt, een grote mythe is. Een mythe evenwel die geweldig lucratief is en daarom in stand wordt gehouden. Niet alleen Unilever heeft baat bij deze mythe, ook de farmaceutische industrie vaart er wel bij. De statines (cholesterolverlagende medicijnen) zijn wereldwijd de op een na meest verkochte groep geneesmiddelen.
Frauduleus
Waarom blijft de werkelijkheid doorgaans onbesproken? De basis onder genoemde stelling is het werk van de Amerikaanse onderzoeker dr. Ancel Keys. Hij is verantwoordelijk voor de beroemde studie die de geschiedenis is ingegaan als de zevenlandenstudie (1964). Deze studie leidde tot de zogenaamde vethypothese in relatie tot hart- en vaatziekten. Keys definieerde de relatie tussen vet in de voeding en cholesterolwaarden in het bloed en hij koppelde cholesterol aan hart- en vaatziekten.
Uiteindelijk bleek dat Keys niet slechts gegevens van zeven landen had verzameld, maar van een veel groter aantal, en dat hij slechts een selectie van landen had gebruikt voor zijn publicatie. Landen met een hoge vetconsumptie maar met weinig hart- en vaatziekten werden bewust buiten de selectie gehouden. Evenals landen met een lage vetconsumptie maar een hoog percentage hart- en vaatziektes. De vethypothese is gebaseerd op wetenschappelijk frauduleus handelen.
Maar het kwaad was inmiddels geschiedt. Zowel de voedingsmiddelenindustrie als de farmaceutische industrie had een uiterst lucratieve business opgebouwd naar aanleiding van de vethypothese en die business zouden ze zich niet zomaar laten ontnemen. Enorme marketingbudgetten worden er jaarlijks gestopt in het overeind houden van genoemde mythe.
Ten onrechte is cholesterol verdacht gemaakt als een slecht vet. Het lichaam heeft cholesterol nodig. Het zo verguisde LDL-cholesterol, ook wel het „slechte cholesterol” genoemd, is een belangrijk transporteiwit in de hersenen. Er is helemaal niets slechts aan LDL-cholesterol. Er is veel wetenschappelijk bewijs dat een laag cholesterolgehalte de hersenwerking vermindert. Mensen met een laag cholesterolgehalte hebben een grotere kans op dementie en andere neurologische aandoeningen. Een studie uit 2008 toont aan dat mensen met het laagste gehalte aan LDL-cholesterol een 350 procent grotere kans hadden op het ontwikkelen van de ziekte van Parkinson.
Vertrouwen
LDL-cholesterol wordt pas schadelijk op het moment dat het oxideert. Er zijn andere processen die daaraan bijdragen, waaronder een hoge suikerconsumptie. Het is dus niet terecht om cholesterol, en dan met name LDL-cholesterol, als de schadelijke factor te zien. De problemen doen zich voor wanneer een voedingspatroon rijk aan koolhydraten geoxideerd LDL produceert, en daarmee het risico van hart- en vaatziekten verhoogt.
Daarom kan ik de Nationale Cholesterol Test niet zien als een serieuze poging om te investeren in een gezondere bevolking. Het is de zoveelste poging van de industrie om de vetmythe overeind te houden. Dat de overheid zich voor dit karretje laat spannen, wekt geen vertrouwen. Als ze echt werk maakt van gezondheidsbevordering zijn er meer voor de hand liggende acties.
De auteur is natuurgeneeskundig therapeut.