Commentaar: Mondzorg kan soms best een tandje goedkoper
De tandarts. Alleen al bij het horen van het woord beginnen sommigen te klappertanden. Vaak is een dramatische ervaring in de stoel, al dan niet als kind opgedaan, de oorzaak. Maar ook als iemand nooit een pijnlijke mondbehandeling heeft ondergaan, zal de tandarts niet snel zijn vriend worden. Dat is de werkelijkheid waar de vandaag jubilerende Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Tandheelkunde –ze is honderd geworden– mee te maken heeft.
Lang geleden ging je alleen naar de tandarts als er een probleem was: een rotte kies, een afgebroken tand. Na de Tweede Wereldoorlog werd de halfjaarlijkse controle ingevoerd. Daarmee werd de tandarts de man –vrouwen waren er toen nauwelijks– met wie iedereen mee te maken kreeg. Het doel was nobel. De controle had, en heeft nog steeds, de functie van preventief onderhoud om problemen te voorkomen. Met een mooi woord: saneren.
Daarnaast was er de schooltandarts, die twee keer per jaar met de beruchte bus het plein op kwam rijden. Leerlingen verlieten één voor één de klas, om zich moederziel alleen in de stoel te laten onderwerpen aan een gebitsinspectie. Moest er geboord worden, dan gebeurde dat vaak direct, zonder verdoving.
Zo’n werkwijze is tegenwoordig ondenkbaar. Tandartsen doen er alles aan om kinderen al op jonge leeftijd, in het bijzijn van moeder of vader, vertrouwd te maken met de stoel, onder andere door precies te vertellen wat er gaat gebeuren. En na afloop is er een cadeautje. Kindertekeningen aan de muur versterken het beeld dat je echt niet bang hoeft te zijn voor de man, of steeds vaker de vrouw, met het mondkapje. En helpt dat allemaal niet, dan zijn er tandartsen die zich specialiseren in de behandeling van traumatische patiënten. Leuker kunnen we het niet maken.
Toch spelen er de nodige problemen in het wereldje van de mondzorg. Er dreigt een tekort aan tandartsen. De komende tien jaar gaat 40 procent van de tandartsen met pensioen. Tegelijk is er meer behoefte aan mondzorg door de vergrijzing. De Associatie Nederlandse Tandartsen wil daarom meer opleidingsplaatsen. Intussen springen buitenlandse tandartsen in het gat. Ze openen hier een praktijk, maar hun werkwijze en kwaliteit roepen, gerekend naar onze maatstaven, soms vragen op.
Onze gebitten worden er, ondanks alle mondzorg, niet beter op. We eten en drinken te veel zoetigheid. Onder jongeren populaire frisdranken en breezers, met veel zuur erin, zorgen ervoor dat hun tanden sterk te lijden hebben van erosie. Het plan om de gratis tandzorg voor kinderen en jongeren af te schaffen, kan dan ook beter de ijskast in.
Ook de crisis speelt een rol. Mensen besparen op de tandarts door minder vaak te gaan of dure behandelingen uit te stellen. Nu zal iedereen zich weleens verbazen over de rekeningen die tandartsen sturen. De bedragen liegen er niet om. Een proef, in 2012, om de tarieven vrij te geven in de hoop dat tandartsen vanwege de concurrentie goedkoper zouden worden, is mislukt. Sommigen werden juist duurder. Na haar verjaardag moet de tandartsmaatschappij nog maar eens serieus bekijken of sommige behandelingen echt niet een tandje goedkoper kunnen.