Politiek

Staatssecretaris Teeven weer helemaal terug aan politieke front

Na de dood van de Russische asielzoeker Aleksandr Dolmatov vocht hij voor zijn politieke leven. Inmiddels is VVD-staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) weer helemaal terug aan het politieke front.

Jakko Gunst

29 January 2014 07:29Gewijzigd op 15 November 2020 08:30
Teeven. Foto ANP
Teeven. Foto ANP

Of hij in zijn vuistje heeft gelachen, is niet bekend. Maar het kan haast niet anders of Teeven moet stilletjes hebben geglunderd toen ook zijn nieuwste voornemen vorige week meteen stevig werd bekritiseerd. Teeven kondigde aan de wet te veranderen, zodat een aangevraagde Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) makkelijker kan worden geweigerd. Momenteel mag dat alleen als de aanvrager een strafblad heeft. Wat Teeven betreft kan het straks ook als de politie de aanvrager verdenkt van banden met de onderwereld. Of van een zedenmisdrijf.

Waar nogal wat staatssecretarissen in stilte hun werk doen, zoekt Teeven de confrontatie en geniet hij van het debat. Soms iets te veel, stelde onlangs de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugd­bescherming (RSJ). Medio december droeg de beroepscommissie van de raad Teeven op Volkert van der G., de moordenaar van Pim Fortuyn, tot aan zijn voorwaardelijke invrijheidstelling maandelijks proefverlof te verlenen. De commissie deelde een stevige tik uit: door zijn mediaoptredens had Teeven bijgedragen „aan de beroering in de media en in de samenleving”, staat in de beslissende einduitspraak.

Teeven regeert in de wetenschap dat de PvdA op veel van zijn beleidsterreinen stilletjes overhelt naar SP, D66, ChristenUnie en GroenLinks. Er is deze oppositiefracties dan ook veel aan gelegen dat de PvdA hun moties mede ondertekent. Slagen ze erin de partij zover te krijgen, dan betekent dat echter niet dat Teeven zich gewonnen geeft en zijn koers gaat bijstellen. Meerdere Kamerleden van de oppositie hebben hun lesje inmiddels geleerd: ook mét de PvdA erbij zet je Teeven niet zomaar buitenspel.

Een van hen is Kamerlid Voordewind van de ChristenUnie. ”Kamermeerderheid tegen illegalenquotum”, luidde vorig jaar de juichende kop boven een persbericht van zijn partij. De Tweede Kamer verbood Teeven nog langer te werken met de streefnormen voor het aantal illegalen dat de politie jaarlijks moet oppakken. Althans, dat leek de motie te impliceren. Nee, was het oordeel van Teeven, volgens de motie moeten de „louter kwantitatieve doelstellingen” worden afgeschaft. Dat sloeg natuurlijk niet op zijn illegalenquotum, redeneerde de staatssecretaris. Daarmee was immers een „kwalitatief doel” gemoeid; het zijn de criminele en overlastgevende illegalen die moeten worden opgepakt. De Kamer stond buitenspel, Teeven handhaafde het quotum van 4000 per jaar.

Komende week debatteert de Tweede Kamer met Teeven over de toekomst van de vreemdelingendetentie. Voor de staatssecretaris is dat een explosief dossier. De Russische asielzoeker Aleksandr Dolmatov stierf in maart vorig jaar een tragische dood toen hij met het oog op zijn uitzetting tijdelijk was vastgezet in een gevangenis voor uitgeprocedeerde vreemdelingen. De Rus verhing zich in zijn cel. Teeven kwam als gevolg van het drama zwaar onder vuur te liggen. Vooral toen bleek dat een Kamermeerderheid inclusief de PvdA het drama geen incident wilde noemen, maar een verband zag met Teevens „inhumane” asielbeleid. Hij beloofde daarop de vreemdelingendetentie ingrijpend op de schop te zullen nemen. Alleen zo weerhield hij de PvdA in april van steun voor een motie van wantrouwen. SP, CDA, D66, ChristenUnie, GroenLinks en de Partij voor de Dieren zegden wel het vertrouwen in Teeven op.

Na een radiostilte van Teeven van enkele weken had De Telegraaf een primeur. Eerder dan de Tweede Kamer wist de redactie op 19 juni hoe Teeven de beloofde vernieuwing zou vormgeven. ”Teeven is dreigementen zat”, meldde de ochtendkrant. In een Kamer­debat uitten Kamerleden van SP, D66, Christen­Unie en GroenLinks hun ongenoegen over de manier waarop Teeven zijn nieuwe detentiebeleid had verkocht. Van één standaardaanpak voor alle vluchtelingen wilde hij switchen naar een model met twee opties. Niet-vluchtgevaarlijke en kwetsbare groepen, zoals gezinnen met kinderen, zouden voortaan terechtkomen in een mild verblijfsregime. Overlastgevende vreemdelingen en vreemdelingen die hun uitzetting traineren, zouden structureel belanden in een sterk versoberd beheers­regime.

„Veel te mager”, was het onthutste oordeel van SP, D66, ChristenUnie en GroenLinks. Zij hekelden de manier waarop Teeven vooral het nieuwe beheersregime in de schijnwerpers zette. Tot hun verontwaardiging verklaarde hij bovendien dat de nieuwe detentieaanpak onverkort ten dienste bleef staan van een zo effectief mogelijk uitzetbeleid. ”Soepel of met harde hand is mij eigenlijk om het even, als uitgeprocedeerde vreemdelingen het land maar verlaten”, leek zijn nieuwe motto te zijn. Na een vraag over zijn beweegredenen omschreef Teeven zich als „bewindsman van de af­deling: Wat werkt?”

„Door zich te profileren als pragmaticus gaat Teeven het principiële debat over zijn beleid slim uit de weg”, stelt Eduard Nazarski. Hij is directeur van de Nederlandse tak van mensenrechtenorganisatie Amnesty International „Praktisch zijn vertaalt hij als: zorgen dat het in de vreemdelingenketen niet uit de hand loopt. Zo blijft hij benadrukken dat vreemdelingen gevaarlijk en onberekenbaar zijn.” Ook mét een verblijfsregime is een centrum voor vreemdelingenbewaring gewoon een gevangenis, benadrukt Nazarski. „Teeven moet categorisch uitsluiten dat kinderen en vreemdelingen met psychische problemen daarin terecht kunnen komen. Dat hij dat heeft nagelaten, is triest.”

Volgens Nazarski zorgde het Dolmatov­debat vooralsnog maar mondjesmaat voor verbeteringen. „Teeven is sceptischer geworden over het verplicht visiteren (inspecteren van alle lichaamsopeningen, JG) van vreemdelingen, inclusief misbruikte vrouwen. Voortaan zet hij bodyscans in. Dat is zijn belangrijkste toezegging. Ik geloof trouwens wel dat hij oprecht probeert het zo snel mogelijk te doen.”

Tekenend voor zijn herwonnen zelf­vertrouwen is dat Teeven sommige wensen van de PvdA weer openlijk durft te negeren. Het duidelijkst blijkt dat in Kamerdebatten over de opvang van Syrische vluchtelingen. Dankzij opnieuw de PvdA schaarde een Kamermeerderheid zich recent achter het voorstel om tweedegraadsfamilieleden van al in Nederland woonachtige Syriërs voor maximaal een jaar een verblijfsvergunning te geven. Teeven blokkeert die mogelijkheid. Hij vindt de toestroom van mogelijk 5000 Syriërs te groot en is voor opvang in de eigen regio. „Krenterig”, noemt Nazarski Teevens houding. „Op tv hoorde ik hem laatst zeggen: Maar wat heeft Nederland die Syriërs te bieden? Nou, voedsel en onderdak in plaats van kogels en gifgasaanvallen, denk ik dan.”

Om het beeld te voeden dat hij als het even kan de gulden middenweg bewandelt, handelt Teeven asielkwesties die binnen de PvdA écht gevoelig liggen met een buitengewone zorgvuldigheid af. De wet die illegaal verblijf in Nederland strafbaar moet stellen en binnen de PvdA hevige emoties oproept, leidt al maanden een slapend bestaan. Geheimzinnig doen over de reden daarvan vindt Teeven onnodig. Hij is verdiept in een „notitie” over de vraag of het wetsvoorstel een uitzondering kan maken voor kwetsbare groepen, zoals minder­jarigen en slachtoffers van mensen­handel of huiselijk geweld. Auteur van het stuk is Teevens tegenpool, PvdA-voorzitter Spekman. „Zeer leesbaar en handzaam”, noemde Teeven diens notitie kort voor het kerstreces.

„Teeven pakt zijn nieuwe rol als bewindsman die een beetje boven de partijen staat met overtuiging op”, zegt SGP-fractievoorzitter Van der Staaij. „Daarnaast zie ik hem als een echte ”realpolitiker”. Hij durft verantwoordelijkheid te nemen voor pijnlijke bezuinigingen, zoals het sluiten van gevangenissen. Als Kamerlid liep hij daar nog tegen te hoop.” Ook als bewindsman blijft Teeven sterk in het naar buiten brengen van punten die bij zijn profiel passen, aldus Van der Staaij. „De rechtse VVD’er is niet opgelost in de bestuurder Teeven. Hij is niet terechtgekomen in een soort grijzigheid.” Typerend voor Teeven vindt Van der Staaij dat hij ook na het heftige Dolmatov­debat nog een duidelijk VVD-stempel op het nieuwe vreemdelingendetentiebeleid durfde te drukken. „Hij is blijven kijken naar waar de PvdA mee kon thuiskomen, én naar zijn eigen achterban.”

„Mijn laatst gelezen boek is het wetboek”, gnuifde Teeven ooit in een interview. Dat suggereert een beperkte leergierigheid, al noemde hij in het VARA-tv-magazine van 27 april 2002 als zijn lievelingsroman ”De donkere kamer van Damocles” van W. F. Hermans. Volgens Van der Staaij ligt het dan ook iets genuanceerder. „Tijdens een dienstreis naar Taiwan in augustus 2009 was hij heel benieuwd naar onze opvattingen over goed en kwaad. We hadden interessante discussies over godsdienst en ethiek.”

Een oud, nog onafgerond wetsvoorstel van Balkenende IV om lesbische partners zonder civiele procedure juridische co-ouders te laten worden, loodste Teeven vliegensvlug door het parlement. Hetzelfde geldt voor zijn eigen voorstel om het voor transgenders makkelijker te maken hun geslachtsvermelding in de geboorteakte te laten wijzigen. Dat het kabinet haast had met beide wetten, kan niemand hebben verbaasd. Onder het ”roze stembusakkoord” dat negen partijleiders in september 2012 met homobelangenorganisatie COC sloten, staan ook de handtekeningen van de partijleiders Rutte en Samsom van VVD en PvdA.

Achter de katheder verdedigde Teeven beide voorstellen zakelijk en sober. Bijna op het ingetogene af, zo viel de woordvoerders van de fracties van D66 en GroenLinks, die de wetsvoorstellen omarmen, op. Van der Staaij: „Hij heeft de meerderheid voor de voorstellen inderdaad niet willen incasseren als winst, maar volgens mij alleen omdat hij als bestuurder vooral de zorgvuldigheid van zo’n proces wil bewaken. Geluiden dat hij ons of de ChristenUnie wilde ontzien, lijken me speculatief. In de conservatieve stroming van de VVD hoor je weleens dat je rond homo-emancipatie ook kunt doorslaan. Maar Teeven zou ik echt indelen bij het liberale deel.”


Levensloop

Fredrik Teeven (geboren op 5 augustus 1958) groeide op in de Haarlemse arbeidersbuurt het Rozenprieel. Via een avondstudie rechten werkte hij zich op tot officier van justitie bij het parket van Amsterdam. Teeven werd landelijk bekend als de officier die in 1997 drugskoning Johan Verhoek achter de tralies wist te krijgen. Hij gold als vooruitstrevend topjurist. Oog in oog met de camera –de rechtszaak werd live uitgezonden– waarschuwde hij zijn vrouw ooit voor een verlate thuiskomst door een bordje omhoog te steken met de tekst ”Schat, het wordt wat later”. Zijn superieuren waren razend, glunderde hij in 2008 in een interview met de GPD.

Toen Pim Fortuyn begon aan zijn opmars in de landelijke politiek, meldde Teeven zich in december 2001 aan bij Leefbaar Nederland. Een eind maken aan de politieke carrière van de als besluiteloos bekendstaande VVD-justitieminister Korthals was een belangrijke drijfveer. „Ik dacht: Als we die veertig zetels krijgen, komt hij zeker niet terug”, verklaarde hij achteraf. Uiteindelijk kwam hij door de breuk met Fortuyn als voorzitter van een tweekoppige fractie in de Tweede Kamer. Om zich het Kamerwerk eigen te maken, stak Teeven onder meer zijn licht op bij Binnenhofveteraan Menno de Bruyne, persvoorlichter van de SGP.

Voor zijn avondstudie rechten betaalde Teeven een hoge prijs. „In de eerste levensjaren van mijn kinderen ben ik er eigenlijk niet voor hen geweest. Ik raad niemand aan om het zo te doen, want die tijd komt nooit terug”, zei hij in hetzelfde GPD-interview.

Een paar jaar terug strandde Teevens huwelijk met zijn eerste vrouw. Zij en Teeven kregen twee dochters. Inmiddels woont Teeven samen met zijn nieuwe liefde. Ze werkt als ambtenaar bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst; een agentschap van het ministerie waar Teeven staatssecretaris is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer