Psychische overbelasting is nieuwe vijand in Irak
Rebecca Suell wil een antwoord op al haar vragen, maar niet het antwoord dat ze van het Amerikaanse leger krijgt. Waarom blijft het leger de laatste brief die haar man haar op 15 juni vanuit Irak toestuurde een afscheidsbrief noemen? Overlijd je werkelijk aan het slikken van een potje Tylenol-tabletten? Hoe kom je midden in de woestijn trouwens aan een potje vol pijnstillers?
Suell is niet de enige die met tal van dergelijke vragen worstelt. Sinds april hebben volgens het leger minstens zeventien Amerikaanse soldaten zich in Irak van het leven beroofd. Het werkelijke cijfer ligt ongetwijfeld een stuk hoger. Het leger onderzoekt nog zo’n 25 gevallen van soldaten die in Irak zijn omgekomen bij incidenten waarbij geen vijand betrokken was.
Niemand in het leger durft officieel toe te geven dat het aantal zelfmoorden onder de troepen in Irak alarmerend hoog is. Toch lijkt bevelhebber luitenant-generaal Ricardo Sanchez zich zorgen te maken. Op zijn verzoek kwam een team van twaalf psychologen in Irak bestuderen hoe nog meer zelfmoorden voorkomen kunnen worden en hoe de troepen het beste kunnen omgaan met angst en depressie. Het team rondde zijn onderzoek twee weken geleden af. Het zal nog weken duren voordat het zijn aanbevelingen presenteert. Tot die tijd doet de militaire staf geen mededelingen aan de pers.
Of het aantal zelfmoorden met recht hoog kan worden genoemd, is moeilijk te bepalen omdat er geen vergelijkingsmateriaal bestaat. Wat zou een ’normaal’ cijfer zijn voor een troepenmacht bestaande uit mannelijke en vrouwelijke vrijwilligers die lange tijd in het Midden-Oosten gestationeerd worden en voortdurend onder druk staan door aanvallen van verzetsstrijders die die zich van guerrillatactieken bedienen?
Het leger berekende dat er zo’n 12 zelfmoorden per 100.000 soldaten zijn, een lager cijfer dan de 17,5 per 100.000 mannelijke Amerikaanse burgers. De vergelijking is echter misleidend. Het burgercijfer is berekend per jaar, terwijl het ’Iraakse’ cijfer een periode van zeven maanden beslaat. Daarbij hebben de troepen nog niet hun traditionele verlofperiode in Irak doorgebracht. Dan ligt het aantal zelfmoorden in de regel het hoogst. Onder de soldaten in Irak bevinden zich ook duizenden vrouwen, die verhoudingsgewijs beduidend minder snel zelfmoord plegen dan mannen. De zelfmoorden die zich mogelijk onder de ’verdachte’ sterfgevallen bevinden, zijn ook niet meegeteld.
Rebecca Suell blijft zich intussen steeds dezelfde vragen stellen als ze ’s nachts wakker ligt. Al was hij Irak naar eigen zeggen nog zo beu - waarom zou hij zich van het leven beroven als ze hem net had verteld hoeveel ze van hem hield en hoezeer de kinderen hem misten en nodig hadden? En bovendien: waarom zou een gelovig man als hij was het bijbels verbod op zelfmoord overtreden?
Maar hoe langer ze treurt des te duidelijker het voor haar wordt dat Joseph D. Suell -postuum gepromoveerd tot sergeant- extreem wanhopig was. Zo wanhopig dat hij zelfs zijn vrouw vroeg om met zijn bevelhebber te praten. Dat deed ze ook. Ze vertelde hem hoe zwaar het leven was zonder haar echtgenoot. Bij warenhuis Wal-Mart werken, een verpleegstersopleiding volgen en drie kinderen opvoeden, en dat allemaal tegelijkertijd, dat kon ze niet in haar eentje. Ze vertelde de bevelhebber dat haar man na anderhalf jaar dienst in Zuid-Korea vrijwel meteen naar Irak werd gestuurd en dat ze in de vijf jaar dat hij soldaat was amper achttien maanden samen waren. Hun jongste dochter kende haar vader niet eens. Zelfs bij haar geboorte kon hij er niet bij zijn. Het enige wat haar echtgenoot wilde, was tijdens de kerstperiode bij zijn gezin in Lufkin, in de staat Texas, zijn. Twee maanden maar, smeekte ze de bevelhebber, niet meer, en dan krijg je hem terug. De officier vertelde haar dat het leger alles in het werk zou stellen om hem terug te sturen, maar hij kon niet beloven dat dat nog voor Kerst zou gebeuren.
In veel opzichten voldoet Joseph Suell niet aan het profiel van de soldaat die zelfmoord pleegt. Daarom neemt het Amerikaanse leger ook uitgebreid de tijd voor het onderzoek, dat maanden kan duren, zegt legerwoordvoerster Martha Rudd. Volgens experts zijn brieven van het thuisfront, en dan vooral de zogenaamde ”Dear John-brieven”, waarin de relatie wordt verbroken en de partner meedeelt dat er een ander in het spel is, een typische aanleiding voor zelfmoord.
Toch is er altijd meer dan één reden en is de oorzaak vaak veel complexer en duisterder, aldus de deskundigen. Het is nu het verlengde verblijf dat aan het moreel van de soldaten vreet. „Bij de meeste van de vorige conflicten kwam je, vocht je en keerde je terug naar huis”, aldus Rudd. „Nu kwamen ze, vochten ze en zitten ze er nog steeds.”
Michelle Kelley is een psychiater die stress als gevolg van langdurige stationering onderzoekt voor de Amerikaanse marine. Ze vindt dat soldaten aangemoedigd moeten worden om hulp te zoeken als ze die nodig hebben. Het is om die reden dat de zaak van soldaat Georg-Andreass Pogany haar zorgen baart.
De soldaat werd ondergebracht bij een ondervragingsteam van de groene baretten. Op zijn derde dag in Irak moest hij overgeven toen hij het onthoofde lichaam van een Iraakse burger zag. Nadat hij hulp had gezocht voor een paniekaanval werd hij teruggeroepen naar de Verenigde Staten. Daar werd hij als eerste soldaat sinds Vietnam aangeklaagd wegens lafheid. Later werd de aanklacht teruggebracht tot plichtsverzuim.
„Dat is het laatste wat je moet doen als je wil dat soldaten hulp zoeken bij stresssituaties”, aldus Kelley. „Je moet die mensen die een traumatische ervaring hebben gehad duidelijk maken dat ze erover moeten praten, dat ze er niet door gestigmatiseerd worden en dat het hen niet zal achtervolgen tijdens de rest van hun militaire carrière.”
Voor Rebecca Suell blijven alleen nog maar onbeantwoorde vragen over. Waarom stuurde het leger haar man naar Irak, nadat hij in Zuid-Korea zijn arm ernstig had verwond? Nadat men had ontdekt dat zijn astma alleen maar erger werd? Rebecca neemt haar 4-jarig dochtertje, Jada, mee naar het kerkhof. Maar het meisje begrijpt er nog niet veel van, tot grote bezorgdheid van Rebecca. „Wat moet ik nu zeggen als ze de volgende keer vraagt wanneer papa naar huis komt?”