Steeds meer tegenstand rookbeleid Hoogervorst
Het verzet tegen het antirookbeleid van minister Hoogervorst van Volksgezondheid wordt steeds grimmiger.
Dinsdag opende Koninklijke Horeca Nederland de aanval tegen de plannen van de minister om cafés en restaurants rookvrij te maken. Ook de Tweede Kamer floot Hoogervorst terug. Volgens een ruime meerderheid van de Kamer moet Hoogervorst inbinden en zijn antirookbeleid minder streng doorvoeren.
Per 1 januari 2004 krijgt elke werknemer in Nederland recht op een rookvrije werkplek. Voor de horeca zou dit betekenen dat er in de zaken niet meer mag worden gerookt. Uit angst voor grote omzetdaling heeft minister Hoogervorst de branche uitstel gegeven, mits ze serieus en met strakke planning toewerkt naar een rookvrije horeca. Als de sector het uitstel zou opvatten als afstel en niet met goede plannen komt, zou Hoogervorst, zo dreigde hij eerder, onmiddellijk een eind maken aan de uitzonderingsbepaling.
Koninklijke Horeca Nederland presenteerde dinsdag haar stappenplan. De organisatie wil minstens tien jaar de tijd hebben om de rookbeperkende maatregelen door te voeren. Daarbij vindt ze dat uitbaters van cafés en restaurants die rookafzuiginstallaties hebben geplaatst aan de antirookwet hebben voldaan. De horecaorganisatie gaat hiermee dwars tegen de minister in. Hoogervorst wil eerst nader onderzoek laten doen naar het effect van de afzuiginstallaties op de schadelijkheid van tabaksrook. Volgens hem blijkt uit internationaal onderzoek dat ondanks de afzuiginstallaties bezoekers toch worden blootgesteld aan kankerverwekkende stoffen.
De horecabranche vindt het maatschappelijk klimaat nog niet rijp voor een rookvrije horeca. Een meerderheid van horecabezoekers zou tegen rookbeperkende maatregelen zijn.
De Koninklijke Horeca Nederland (KHN) voelt zich sterk, omdat een meerderheid van de Tweede Kamer de organisatie steunt. CDA, VVD, SP, LPF, D66 en de SGP vinden dat de sector de kans moet krijgen om via luchtafzuiginstallaties aan de rookregels te voldoen. Een rookvrije horeca is voor hen een stap te ver.
Directeur J. Claes van de brancheorganisatie noemt de aanpak van Hoogervorst veel te rigide. Hij voorspelt dat de sector in enorme crisis raakt als de cliëntèle via de rookverboden zou worden weggejaagd. Vijfigduizend banen zouden op de tocht komen te staan. Zelfs het bieden van een rookvrije werkplek voor werknemers is volgens hem niet in alle gevallen te garanderen.
Claes zei niet onder de indruk te zijn van het dreigement van Hoogervorst om de uitzonderingspositie in te trekken als de horecabranche niet met adequate plannen komt. „Als de minister ons dwingt, kan hij niet verwachten dat we vervolgens vrijwillig meewerken aan zijn beleid. Ik wens hem dan veel succes met de uitvoering.” Volgens Claes weigeren horeca-uitbaters politieagentje te spelen namens de overheid. „Moeten wij klanten de zaak uitzetten als ze roken? Dat zou niet erg klantvriendelijk zijn.”
De Tweede Kamer trapte dinsdag ook hard op de rem als het gaat om het rookbeleid van de VVD-minister. Zo vindt een meerderheid van de Kamer, inclusief VVD en de andere coalitiepartners D66 en CDA, de aanpak van de minister ondoorzichtig. De horecasector krijgt bijvoorbeeld wel uitstel bij het doorvoeren van de antirookregels, maar speelautomatenhallen, bioscopen en relaxbedrijven niet. Volgens de Kamer is dit niet uit te leggen aan de burger.
Hetzelfde geldt voor coffeeshops. Die horen volgens de minister bij de horeca. Op termijn zouden ze dus rookvrij moeten worden. Dit terwijl hij eerder voor tabakspeciaalzaken een uitzondering heeft gemaakt. Daar mag gerookt blijven worden. Volgens de Kamer moet Hoogervorst coffeeshops net zo behandelen als de tabakspeciaalzaken.
De minister moet volgens een Kamermeerderheid verder inbinden bij zijn beleid om het roken in verpleeghuizen en psychiatrische instellingen per 1 januari aan banden te leggen. Ook moet hij de horeca meer tijd geven en meer vrijheid bij het bedenken van een antirookbeleid dat in de praktijk goed te handhaven is.