Imagocampagne moet beeld Rotterdam bijsturen
Rotterdam heeft volgens burgemeester Opstelten geen imagoprobleem. „Ik ontken dat er een negatief beeld is. In Rotterdam praat men over problemen, benoemt ze en probeert ze dan op te lossen."
De heftige discussies die de afgelopen maanden woedden en waarbij termen als hek om de stad, allochtonenstop en allochtonenspreiding vielen, werken volgens Opstelten niet door op het beeld van de stad. „Wij betreuren dat dit soort termen is gebruikt. Er zal nu wel weer discussie ontstaan, maar er moet wat gebeuren."
Dat in het maandag gepresenteerde actieplan een imagocampagne voor de stad wordt aangekondigd, staat volgens hem los van de recente discussies. In de campagne die tot 2006 duurt, moet het gemeentebestuur de juiste toon zetten en wijzen op wat wel en wat niet goed gaat.
Volgens Opstelten krijgen de problemen terecht veel aandacht, maar „we mogen niet vergeten dat Rotterdam voor talloze werkgevers, huizenkopers, winkeliers en studenten een aantrekkelijke stad is. Op lange termijn zullen die factoren op een structurele manier kunnen bijdragen aan een duurzame balans in Rotterdam."
Verscheidene fracties zeggen zich te ergeren aan het eenzijdige beeld van Rotterdam, dat wordt geschetst. „Het steeds benadrukken van de ellende is schadelijk. Het lijkt wel of het steeds erger wordt, vroeger voerden we alleen de verkeerde lijstjes aan. Rotterdam heeft een imagoprobleem", aldus Van Ravesteijn (D66).
Ook het CDA is kritisch. „De toon van het verhaal is nu wel positief, maar de inzet is defensief. Rotterdam probeert mensen en ontwikkelingen tegen te houden. Dat is niet handig, want als stad moet je toch aantrekkelijk blijven voor bijvoorbeeld jongeren", meent raadslid Van de Born.
De Stadspartij stelt vast dat „vele Rotterdammers zich onbemind en ongewenst voelen in deze stad. De stad is weer meer dan ooit verdeeld in wij en zij."