Koe op de stoep doet Aldi-top weinig
„Hup, met die koe naar binnen”, roept iemand. „Actie!” schreeuwt een ander. De boeren op het terrein van het Aldi-hoofdkantoor in Culemborg zijn het wachten zat. Binnen zitten de onderhandelaars al anderhalf uur te praten om een hogere melkprijs uit het vuur te slepen. Tevergeefs.
Na acties vorige week bij Aldi-filialen in Joure, Zwolle en Woerden was gistermiddag het hoofdkantoor in Culemborg aan de beurt. Een paar honderd boeren -leden van de Nederlandse Melkveehouders Vakbond (NMV) en LTO Rundveehouderij-, een koe en een kalf stonden op de stoep. LTO-vakgroepvoorzitter Siem Jan Schenk en NMV-voorzitter Peter ten Hoeve wilden een gesprek met Aldi. Daarin kregen ze hun zin, maar de uitkomst is teleurstellend. Schenk: „We hebben gepraat, maar Aldi is niet van plan de prijzen aan te passen. Laten we in alle rust naar huis gaan.”
„Actie!” wordt er weer geroepen, terwijl een toeter klinkt. Het is duidelijk dat de boeren niet tevreden zijn. Harry Jansen uit Baak spreekt zijn gevoelens uit. „Dit is roofbouw plegen op de veehouderij. De kostprijs voor een liter melk ligt op 44 cent. Wij krijgen tussen de 30 en 35 cent per liter. Als we 12 cent moeten bijleggen, hebben we binnen anderhalf jaar een gigantisch probleem. Dat houden we nooit vol.”
Aldi bijvoorbeeld biedt een liter melk in zijn winkels aan voor 42 cent per liter. Ook andere supermarktorganisaties stunten met de melkprijs. Jansen ziet in de gebeurtenissen rond de melkprijs de hand van de politiek. „Na de varkenspest is er zwaar gesaneerd onder de boeren. Hetzelfde geldt voor de pluimveehouders. Maar dacht je dat Nederlanders nu minder varkensvlees of kip eten? Nee dus. Dat vlees halen ze uit het buitenland. Met ons willen ze precies hetzelfde. Melk uit het buitenland is veel goedkoper.”
Niet alleen het platteland gaat er op deze manier aan, ook de voedselveiligheid komt in het geding, denkt Jansen. „Vooral als ze de melk uit Amerika gaan halen. Daar komt het niet zo nauw met de regels. Ik vraag me af wat de Nederlanders zo meteen allemaal moeten gaan slikken.”
De spandoeken die de actievoerders bij zich hebben spreken duidelijk taal. ”Aldi melkt de boeren uit”, ”Wij zijn straks uitgemolken” en ”Armoede in de stal, Armoede overal”. Ook hebben de boeren een kar meegenomen waarin een kalf staat, samen met een zoontje van een van de boeren. Op zijn rug staat: ”Ik help nu nog mijn papa, maar krijg ik straks zelf ook nog een kans?”
De melkveehouders zijn duidelijk bezorgd over hun toekomst. Overal staan groepjes boeren te praten. Een van hen vindt het vreemd dat de Rabobank en Campina niet aanwezig zijn bij de actie. „In Frankrijk is het heel gewoon dat acties gezamenlijk worden gevoerd. De Rabobank en Campina hebben er toch ook baat bij dat de prijs in de supermarkt omhoog gaat?” Instemmend gemompel klinkt.
Veel verwachtingen hebben de aanwezigen overigens niet van de actie. „Denk maar niet dat ze nu opeens die prijs omhoog gooien. Het gaat die multinationals alleen om de centen en niet om mensen”, zegt een andere boer. „Ik leg zoveel geld per liter bij, dat ik nu al een medewerker naar huis heb moeten sturen. Mijn kinderen doen dat werk als ze thuiskomen van school. In principe is dat roofbouw op mijn gezin.”
Tijdens de onderhandelingen komt de koe iets te dicht bij de ingang van het kantoor. Direct dreigt Aldi de onderhandelingen te stoppen als de boeren en de koe niet terug gaan naar het terrein. Dit zet kwaad bloed. Na ruim een uur zijn ze het zat en zetten de koe op de stoep vlak voor de ingang. De sfeer wordt even grimmig wanneer een nette meneer beweert dat het niet fatsoenlijk is om daar een koe neer te zetten. „Is het wel fatsoenlijk wat zij met ons doen?” vragen enkele actievoerders, terwijl ze op de man toelopen. De secretaris van de NMV weet de gemoederen echter te bedaren.
Na de onderhandelingen zijn de boeren niets wijzer geworden. „We gaan ons beraden op nieuwe acties. Daar horen jullie nog van”, aldus Schenk. Hoe deze acties eruit gaan zien en of ze harder worden kan de LTO-voorman niet zeggen. NMV-voorzitter Ten Hoeve zegt dat het misschien wel eens goed is als boeren minder melk gaan produceren. „Als de vraag groter is dan het aanbod, krijgen we misschien eens een eerlijke prijs.” Eén ding staat voor hem én voor de melkveehouders vast: wordt vervolgd.