Vijf vragen over kredietbeoordelaars
RIJSWIJK (ANP). De Amerikaanse kredietbeoordelaar Standard & Poor’s (S&P) heeft de rating van Nederland neerwaarts bijgesteld van AAA naar AA+. Kredietbeoordelaars, waarvan de Amerikaanse bedrijven Standard & Poor’s, Moody’s, en Fitch de belangrijkste zijn, spelen een sleutelrol in het financiële systeem. Geen bedrijf kan geld lenen, spaargeld aantrekken of obligaties uitgeven zonder dat het een keurmerk van kredietwaardigheid (rating) heeft van een of meer van deze instellingen. Vijf vragen over het werk van deze financiële keurmeesters:
Wat is een rating precies?
Een rating is een soort keurmerk dat aangeeft hoe groot de kans is dat een land, bedrijf of instelling het geld dat een belegger of spaarder inlegt, terug kan betalen. De beoordeling helpt een belegger of spaarder een afweging te maken tussen het rendement op zijn investering en de risico’s. Ratings lopen bij de meeste bureaus uiteen van AAA of triple-A (zeer betrouwbaar) tot D (zeer onbetrouwbaar). Hoe lager de beoordeling, hoe meer rente moet worden betaald op leningen.
Wie betaalt daarvoor?
Hoewel vooral investeerders gebruikmaken van de diensten van kredietbeoordelaars, betalen zij niet de rekening. Dat doen in de meeste gevallen de beoordeelde instellingen zelf, wat bij critici vragen oproept over de onafhankelijkheid en betrouwbaarheid. Landen betalen niet voor het bepalen van hun kredietstatus.
Hoe betrouwbaar zijn die ratings?
Daarover zijn de meningen verdeeld. In 2003 ging de Amerikaanse energiereus Enron ondanks een vrijwel smetteloze kredietstatus failliet. In 2008 gebeurde hetzelfde met de eveneens Amerikaanse zakenbank Lehman Brothers en met de IJslandse banken Landsbanki en Kaupthing. Zij werden slachtoffer van een kredietcrisis die zijn oorsprong vond in de handel in pakketten rommelhypotheken, die eveneens door kredietbeoordelaars waren gekeurd.
Is er sindsdien iets veranderd?
In de nasleep van de kredietcrisis gingen stemmen op om meer toezicht te houden op de werkwijze van kredietbeoordelaars. In november vorig jaar stemde Europa in met een compromis voor nieuwe regels. Kredietbeoordelaars mogen alleen nabeurs of tenminste een uur voor de opening van de Europese beurzen hun beoordelingen kenbaar maken. Bovendien moeten alle beoordelingen openbaar worden. De nieuwe regels moeten het ook makkelijker maken om de ratingbureaus aan te klagen bij nalatigheid of opzet. Marktkenners menen dat de ratingbureaus zelf ondertussen steeds doortastender en sneller willen zijn, en daardoor vaker fouten zullen maken.
Hebben kredietbeoordelaars veel invloed?
Vooral de ‘Grote Drie’ hebben veel macht. Foutjes kunnen dan ook grote gevolgen hebben, ook omdat het vertrouwen in het betreffende land of bedrijf een deuk oploopt. Critici pleiten er dan ook voor dat er meer kredietbeoordelaars komen. Tot dusver krijgt echter alleen het Chinese Dagong enigszins voet aan de grond als alternatief voor de grote Amerikaanse ratingbureaus.